De Telegraaf 25.07.98
Mr. M. Moszkowicz
Om half elf had de heer Hofkers een afspraak. De jurist herinnerde de man van vroeger als een opgewekte, vrolijke man. maar zodanig herkende hij hem niet. De spitse geest was gebleven, doch deze uitte zich nu ietwat verbitterd. Vroeger, sprak mr. Raab, had u toch een exclusieve bontzaak...
Tja, vroeger - antwoordde Hofkers. We waren met drie broers, elk met een eigen zaak. Mijn oudste broer huwde de dochter van een Griekse collega. Zij hebben inmiddels hun zaak aan kant gedaan en leven nu bescheiden maar gelukkig op zo'n Grieks eiland. Over mijn jongste broer vertel ik u nog wel. Ikzelf heb nu een zaak in sportartikelen. Mijn eigen zoon mishandelde mij destijds als een soort misdadiger, vanwege de dierenpelzen, begrijpt u me? Toen heb ik het roer omgegooid, want mijn zoon is mij liever dan een chique zaak. Maar daarvoor ben ik niet bij u.
Gaat u door, vroeg de advocaat. Bij de dierenbescherming vond mijn zoon zijn vrouw. Ze zijn gehuwd en kregen een schattig dochtertje. Dat huwelijk strandde; zoiets komt overal voor.
Het gaat nu over het bezoekrecht van de kleine meid. Daarover is morgen een zitting. Mijn zoon kreeg een brief van de advocaat van mijn schoondochter Myra. Myra zou óók zonder advocaat komen. Zij schreef dat zij het als blijk van wantrouwen zou opvatten als mijn zoon met een advocaat zou komen. Louis, mijn zoon, vertrouwt haar niet en vroeg of ik met een advocaat in de wachtkamer van de rechtbank aanwezig wilde zijn. Vandaar...
De heren waren ruim op tijd, maar het liet zich aanzien dat er toch wat gewacht moest worden. Een goede gelegenheid, oordeelde Hofkers om het wedervaren van zijn jongste broer te vertellen. Jacob, begon hij, is lid van een commissie in zijn woonplaats. Toen hij van een vergadering thuiskwam, stond een jongeman in zijn brievenbus te urineren en toen hij daar wat van zei, kreeg hij een aantal slagen. Nadat hij bij eerste hulp was verbonden, wilde hij aangifte doen, doch de politie gaf hem de raad daar eerst maar eens over na te denken. Nog dezelfde nacht kwam een jeugdmedewerker hem vertellen dat hij alles vertegenwoordigde waar de jeugd zicht terecht tegen verzette en dat aangifte funest voor zijn zaak zou zijn. Toen heeft Jacob de zaak verkocht en is nu expert van een Amerikaans bedrijf. In wat voor land leven wij?
Daar kwam Louis. Krijtwit. Neen, zei hij, geen advocaterij, maar ik ben goed bij de poot genomen. Daar was een psychologe bij en die betoogde dat mijn ex geen bezoekregeling wilde omdat zij bang was voor incest, niet omdat er ooit iets was gebeurd, maar het zou kunnen gebeuren. En vrouwelijke intuïtie mocht niet onderschat worden... Daar was de rechter het nog mee eens ook. Dit zijn geen dingen die in de krant komen, dacht Hofkers Sr. Het bewijst alleen maar dat dingen die de krant wel halen, slechts het topje van de ijsberg zijn. Zo kan het toch niet doorgaan? Op weg naar kantoor dreunde er een liedje in het hoofd van mr. Raab. "Er kwamen andere tijden" heette het. Er viel een kilte op hem. Want ook hij besefte dat er andere tijden gingen komen. En als historisch onderlegd man wist mr. Raab dat de geboorteweeën van nieuwe tijden zelden de gelukkigste stonden van de geschiedenis waren.
Kinderdieven | Wetteloze praktijken |
Andere tijden | Hoe wordt het raadsrapport geschreven? |
De zaak Admiraal/Vermaas | De zaak J. Zander |
De zaak Jansen/Vermeulen | De zaak J. Hop |