Geachte Heer Hilhorst,
Onze dank voor uw brief van 14 september en het persbericht van 11 september.
Het verheugt ons dat ouders actie voeren voor openbaarmaking van de contactjournaals.
In het persbericht stelt u "Het werk van de gezinsvoogdij is zo ingekaderd door controle door kinderrechters en beroepsprocedures, dat wetteloze praktijken door advocaten en juristen met succes zouden kunnen worden bestreden."
Wij delen deze mening niet, en voelen ons hierin helaas gesterkt door het proefschrift van mr G.J. van Wijk (Amsterdam, juni 1999, ISBN 90.5170-494.1). Zij meldt op pag. 4 in voetnoot 1: "het komt in de praktijk vrijwel nooit voor dat de kinderrechter afwijkt van het advies van de gezinsvoogdij-instelling."
Ook stelt de Wet op de Jeugdhulpverlening in art. 42: 'Een uitvoerder en een plaatsende instantie verstrekken aan de jeugdige desgevraagd zo spoedig mogelijk inzage in en afschrift van de bescheiden die deze met betrekking tot de jeugdige onder zich hebben.'
Art. 45: 'De uitvoerder en de plaatsende instantie treffen een schriftelijke regeling waarin het recht op inzage in en afschrift van gegevens, alsmede de beperkingen aan het verstrekken van inlichtingen en inzage worden geregeld overeenkomstig de artikelen 42 tot en met 44.'
Deze artikelen noemen alleen beperking van inzage i.v.m. de persoon van de verzoeker, de leeftijd van de jeugdige, en schade voor de persoonlijke levenssfeer van een ander dan de jeugdige.
Het verbaast ons dan ook, dat u in het persbericht stelt: "Binnen onze stichting is het echter gebruikelijk om de contactjournaals te behandelen als werkaantekeningen." Wat in uw stichting gebruikelijk is, mag uiteraard niet in strijd zijn met de wet.
De brief van Stichting Vedivo van 11 april 2000 aan de directeuren van de gezinsvoogdij-instellingen heeft ons gesterkt in onze mening "dat in de contactjournaals informatie staat die … van belang is om in juridische procedures te gebruiken" (citaat uit uw persbericht).
Vedivo stelt o.a., dat de maatschappelijk werker in het contactjournaal "zonder enig voorbehoud zijn eigen gedachten, interpretaties en mening over de zaak op papier kan zetten."
Het Platform SCJF heeft het bestuur van stichting Vedivo enige vragen gesteld over de brief van 11 april en het overleg met Vedivo opgeschort zolang deze vragen niet beantwoord zijn.
Wij sluiten kopie van beide brieven bij.
In het persbericht zegt u: "Binnen onze stichting is het echter gebruikelijk om de contactjournaals te behandelen als werkaantekeningen. In een aantal rechtelijke procedures, tot en met de Hoge Raad der Nederlanden is die opvatting bevestigd." Wilt u zo vriendelijk zijn ons mee te delen op welke uitspraak van de Hoge Raad u hier doelt?
Met vriendelijke groet,
In kopie aan
- het Bestuur van Stichting Vedivo
- de Hoofdinspecteur Jeugdhulpverlening
Aan de directeuren
Uw kenmerk
Ons kenmerk 600-000411
Onderwerp Uitspraak provinciale klachtencommissie Jeugdhulpverlening Haaglanden
Utrecht 11 april 2000
Geachte heer/mevrouw,
Onlangs heeft de vice-voorzitter van het Platform Samenwerkende Cliëntenorganisaties een persbericht doen uitgaan waarin verwezen wordt naar een uitspraak van de Provinciale Klachtencommissie Jeugdhulpverlening Haaglanden. Het Platform legt de uitspraak van de Klachtencommissie zo uit als zouden contactjournaals ten alle tijde ter inzage van ouders/klagers zijn. Deze uitleg van de uitspraak is onjuist.
Het contactjournaal is bij uitstek het document voor de maatschappelijk werker en voor de instelling om gedachten te formuleren en toezicht uit te oefenen op de uitvoering en voortgang van het hulpverleningsproces. Voor de kwaliteitsbewaking van het werk is het essentieel dat het management van de organisatie een subjectief beeld kan krijgen van een zaak. Het is daarom van belang dat de maatschappelijk werker zonder enig voorbehoud zijn eigen gedachten, interpretaties en mening over de zaak op papier kan zetten. Deze subjectieve gegevens vormen het materiaal op basis waarvan de maatschappelijk werker - in samenwerking met gedragsdeskundige en leidinggevende - een weloverwogen en meer objectief rapport opgesteld wordt. Dit rapport vormt zowel de basis voor de communicatie met de cliënt als in procedures die rondom de zaak spelen.
Het contactjournaal is dus nadrukkelijk niet bedoeld om met cliënten te bespraken dan wel in een procedure te gebruiken. Het is dan ook niet de bedoeling dat een (interne) klachtencommissie, Rechtbank of Hof een contactjournaal onder ogen krijgt. De (gezins)voogdij-instelling dient afgerekend te worden op officiële documenten.
In bovengenoemde uitspraak van de Klachtencommissie, waarnaar het Platform SCJF, verwijst is het gehele dossier ter inzage geweest van de voorzitter van de Interne Klachtencommissie. De Provinciale Klachtencommissie acht het rechtsbeginsel 'equality of arms' door deze handelwijze van de instelling geschonden. Het rechtsbeginsel 'equality of arms' houdt in dat beide procespartijen gelijke rechten hebben. Het recht op inzage in dezelfde stukken die ter inzage zijn gegeven aan de Interne Klachtencommissie maakt onderdeel uit van dit rechtsbeginsel. Dit rechtsbeginsel is in de aan de Provinciale Klachtencommissie voorgelegde zaak geschonden.
De Provinciale Klachtencommissie adviseert de betreffende instelling maatregelen te nemen opdat de Interne Klachtencommissie aangeeft welke dossierstukken zij heeft ingezien om tot een beoordeling van de klacht te komen en ervoor zorg te dragen dat klagers ook over die stukken kunnen beschikken. Of de Interne Klachtencommissie contactjournaal onder ogen heeft gekregen dient dus nog onderzocht te worden. Indien dit het geval is geweest zal ook aan klagers de mogelijkheid tot inzage gegeven dienen te worden. Nogmaals wil ik benadrukken dat het rechtsbeginsel 'equality of arms' in het geding is en niet de vraag of het contactjournaal ter inzage is voor ouders/klagers.
Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met mevrouw A. Herreveld.
Met vriendelijke groet,
C. Kleingeld,
bestuurssecretaris
Aan het Bestuur van stichting Vedivo
Postbus 8014
Utrecht
Alphen a/d Rijn, datum.
Geacht Bestuur,
Op Internet hebben wij uw brief van 11 april 2000 aan de directeuren van de (gezins)voogdij-instellingen gevonden, kenmerk 600-000411. Deze brief heeft ons geschokt.
Wij begrijpen uit de brief dat u het contactjournaal beschouwt als interne rapportage, die noodzakelijk zou zijn om "toezicht uit te oefenen op de uitvoering en voortgang van het hulpverleningsproces." Voorts staat in de brief dat het "voor de kwaliteitsbewaking van het werk essentieel" is juist "een subjectief beeld" van een zaak te kunnen krijgen. Dit subjectieve beeld wordt gevormd door de "eigen gedachten, interpretaties en mening over de zaak" van de maatschappelijk werker.
U schrijft dat het "niet de bedoeling" is dat bijvoorbeeld een Rechtbank een contactjournaal onder ogen krijgt. Wij zouden graag van u vernemen waarom u niet wilt dat een rechter kennis neemt van de visie van de maatschappelijk werker op een zaak; waarom u niet wilt dat een rechter kennis neemt van wat u niet alleen belangrijk, maar zelfs essentieel acht voor de kwaliteitsbewaking van het werk; hoe het mogelijk is dat u van mening bent dat een rechter tot de meest verantwoorde beslissingen komt op basis van een rapport, opgesteld door maatschappelijk werker in samenwerking met gedragsdeskundige en leidinggevende ("een weloverwogen en meer objectief rapport"), terwijl voor de kwaliteitsbewaking van het werk het voorstadium hiervan (?) essentieel zou zijn; waarom u het noodzakelijk acht dat naast officiële documenten er niet-officiële documenten bestaan;
waarom u het ongewenst vindt dat ouders kennis nemen van "eigen gedachten, interpretaties en mening" van de gezinsvoogd over hun gezin.
Wij stellen het zeer op prijs als u deze vragen ruim voor 17 mei beantwoordt, zodat wij onze positie kunnen bepalen.
Hoogachtend,
Contactjournaal (Gezins)voogd
Afgifte compleet contactjournaal (gezins)voogd noodzaak voor onafhankelijk toezicht/oordeel
Kinderdieven | Wetteloze praktijken |
Andere tijden | Hoe wordt het raadsrapport geschreven? |
De zaak Admiraal/Vermaas | De zaak J. Zander |
De zaak Jansen/Vermeulen | De zaak J. Hop |