SINT-OEDENRODE,
zaterdag
Ad
van Rooij, directeur van het Ecologisch Kennis Centrum bv in
Sint-Oedenrode, is door de Keuringsdienst van Waren in Sliedrecht
gevraagd zitting te nemen in een commissie, die
kinderspeeltoestellen gaat onderzoeken op chemische
veiligheid.
Het verzoek werd hem twee weken geleden gedaan door Mischa
Oosterwijk, nadat in deze krant een publicatie was verschenen,
waarin de 51-jarige Van Rooij ernstige bezwaren uitte tegen
het gebruik van zogenaamd gewolmaniseerd hout voor
speeltoestellen. Dit omdat bij de productie van dit
geïmpregneerde hout zwaar giftige stoffen en kankerverwekkende
stoffen als arseen en chloortrioxide (chroom VI) werden
gebruikt. Oosterwijk had van zijn werkgever opdracht gekregen
een commissie van deskundigen samen te stellen. Hij verklaarde
tegenover deze krant: 'Als blijkt dat het juist is dat dit
hout chemisch verontreinigd is dan zullen speeltoestellen, die
ervan vervaardigd zijn, verboden worden.' De invoer, verkoop
en toepassing van met arseenverbindingen geïmpregneerd hout
werd dit jaar op 9 juni wettelijk verboden.
Van Rooij, die al sinds 1988 een verbeten
gevecht voert voor dit verbod, zegt: 'Het verzoek viel toevallig
samen een gesprek dat ik samen met professor Anton van Putten had
met de Keuringsdienst van Waren in Eindhoven. Deze dienst bestrijkt
Noord-Brabant en Limburg. Van Putten had een klacht ingediend tegen
het gebruik van dit type hout in kinderspeeltoestellen. Er is een
gesprek geweest, waarbij een vertegenwoordiger van het ministerie
van VROM, waaronder milieu valt, aanwezig was. Afgesproken is dat er
een verslag gemaakt zal worden, waarna verder bekeken zal worden wat
er gaat gebeuren. Na zestien jaar lijkt er eindelijk een beetje
beweging in deze schrijnende zaak te
zitten.'
Dat Van
Rooij nu gevraagd is om zitting te nemen in een commissie, die voor
het eerst geïmpregneerd hout gaat onderzoeken op de chemische
veiligheid, ziet hij als een erkenning van zijn jarenlange niet
aflatende strijd.
Tegelijkertijd ontving hij van de Tweede Kamer bericht dat
zijn protest tegen het feit, dat er door het ministerie van
VROM nog niets is ondernomen om de handhaving van de nieuwe
wet te controleren, is doorgezonden aan alle Kamerfracties.
Dat
is op zich ook uniek, want op 31 maart 1992 liet de toenmalige
minister van VROM Hans Alders, nu commissaris van de Koningin
in Groningen, weten dat de stroom van protesten en rapporten,
waarmee Van Rooij als klokkenluider allerlei instanties
bombardeerde, voortaan voor kennisgeving zouden worden
aangenomen.
Twee jaar later - op
21 december 1994 - kreeg Alders' opvolger Margreet de Boer
persoonlijk een conceptbedrijfsmilieuplan van de firma Carl Tissen
Import Export bv uit Luyksgestel toegezonden, waarin melding werd
gemaakt dat door het bedrijf grote hoeveelheden arseenzuur en
chroomtrioxide in het milieu werden gebracht bij de productie van
geïmpregneerd hout. Dit was het gevolg van een overeenkomst met de
gemeente, waarin op bevel van burgemeester F.J.M. Houben, later
commissaris van de Koningin in Noord-Brabant, en zijn wethouders
uitsluitend geïmpregneerd mocht worden met behulp van wolmanzouten
'op straffe van een boete van ƒ 1000,- per
overtreding'.
Arseen
Deze wolmanzouten bevatten het verboden arseen en Tissen werd
dus door de overheid verplicht ze te gebruiken. Jaren later
liet hij zelf twee grondige onderzoeken uitvoeren, nadat hij
achterdochtig was geworden over zijn eigen productieproces,
dat overigens bij een groot aantal bedrijven in Nederland
identiek was.
|
|
|
• Directeur Ad van Rooij van het Ecologisch Kennis
Centrum bv in Sint-Oedenrode op een 'veilige' hardhouten
wip.
|
FOTO: RIAS
IMMINK
|
De
uitslag van de onderzoeken waren onthutsend. In deze krant
verklaarde Tissen drie weken geleden: 'Als eerlijk burger heb
ik daar toen melding van gemaakt bij de overheid.' Het
ministerie van Milieu ondernam niets, maar burgemeester Van
Poppel van Luyksgestel besloot later dat het productieproces
onmiddellijk gestaakt moest worden. De gemeente zegde Tissen
een
schadevergoeding toe, omdat hij net voor 800.000 gulden aan
investeringen had gedaan, maar deze kreeg hij nooit. Er
loopt nog een proces over voor de hoge raad.
Eigenaar Carl Tissen eiste op 17 juli 1996 in een brief van de
Vaste Kamercommissie voor milieubeheer een onderzoek tegen de
regionaal inspecteur voor hygiëne van het milieu voor
Noord-Brabant, dr. H.A.M.A. de Vries.
Hij
schreef onder meer: 'In mijn brief aan de minister van VROM
heb ik zeer nadrukkelijk kenbaar gemaakt dat arseen een
zwartelijststof is voor water, bodem en lucht en chroom VI een
zwartelijststof voor lucht en dat in het milieu brengen ervan
vanwege hun milieuschadelijke eigenschappen via een maximale
brongerichte aanpak vermeden moet worden.'
De Vries had gesteld
dat Tissen als producent verantwoordelijk was voor alle schade als
gevolg van het door hem geproduceerde hout. Maar de fabrikant stelde
dat hij nooit aansprakelijk gesteld kon worden. Uiteraard omdat de
overheid hem zelf het productieproces had opgedrongen op straffe van
een boete. En hoewel hij zijn eigen werkzaamheden als een ernstige
overtreding omschreef, werd hij nooit vervolgd. Men zag in de
Brabander in elk geval geen milieucrimineel waar juridische
maatregelen tegen genomen moesten worden, maar erkende hem ook niet
als een klokkenluider. Het ministerie deed niets en de
milieu-inspectie
evenmin.
Oplossing
De Brabantse ondernemer bleef zelf wel actief op zoek naar een
oplossing. Ad van Rooij uit Sint-Oedenrode, veiligheidskundige
van zijn vak, was daar nauw bij betrokken. Hij zegt: 'Tissen
kwam al in 1994 met een milieuvriendelijk proces, waarin
kanker-verwekkende stoffen als arseen en chroomtrioxide niet
meer voorkwamen. Dit proces werd getest door het gerenommeerde
onderzoeksinstituut AIBVincotte in België en voor honderd
procent goedgekeurd. Het proces werd in de Verenigde Staten al
vijftien jaar met succes in veldproeven getest. Er kwamen geen
kankerverwekkende stoffen vrij.
Carl Tissen heeft dit onder de aandacht van alle betrokkenen
gebracht en daarover tal van Kamerleden geïnformeerd. Maar het
resultaat was nul. Men bleef gewoon door impregneren met het
kankerverwekkende arseen en chroom VI. Ik heb het altijd heel erg
gevonden, dat Carl Tissen zo aan de kant werd gezet. Het was
onbegrijpelijk, want mijns inziens had hij de juiste oplossing voor
een enorm milieuprobleem
gevonden.'
25 september 2004
|