R.M. Brockhus/Bezwaarschrift tegen uw ontwerp-beschikking van 8 januari 1999


EuroStaete . . EKC . . Klokkenluiders <===> SDN . . Wolmanzouten . . English

Henry George (1839-1897): De Aarde behoort toe aan alle levende wezens


    't Achterom 9a,
    5491 XD Sint Oedenrode
    Tel. 0413-490387
    Fax. 0413-490386


AANTEKENEN _ _

Gedeputeerde Staten en de leden van Provinciale Staten
van de provincie Limburg
Postbus 5700, 6202 MA Maastricht

Sint Oedenrode, 23 april 1999.

Tevens verstuurd per fax 043 - 3618099 op 23 april 1999.

Ons kenmerk: RB/provL/23049/BZ.


Betreft:

    R.M. Brockhus/bezwaarschrift tegen uw weigering om te beschikken op onze aanvraag van 29 augustus 1998, kenmerk RB/provL/29088.


Geacht college,

Namens R.M. Brockhus, wonende aan de Westkade 227, te 1273 RH Huizen, hierna te noemen: appellant, tekenen wij hierbij bezwaar aan tegen uw weigering om te beschikken (fictieve beschikking) op onze aanvraag van 29 augustus 1998, kenmerk RB/provL/29088.

Motivering bezwaarschrift.

De inhoud van ons bezwaarschrift is gelijk aan de inhoud van onze aanvraag van 29 augustus 1998, waarin wij u hebben verzocht om onmiddellijke intrekking van alle binnen uw provincie verleende milieuvergunningen voor het shredderen van afvalhout dat vrijkomt als bouw en sloopafval. Van onze aanvraag van 29 augustus 1998 vindt u een kopie bijgevoegd (bijlage 1). Wij verzoeken u kennis te nemen van de inhoud en die inhoud hier als woordelijk herhaald en ingelast te beschouwen. Betreffende aanvraag van 29 augustus 1998, kenmerk RB/provL/29088, heeft u op 1 september 1998 ontvangen.

Artikel 4:13 Awb regelt wanneer u een beschikking op onze aanvraag van 14 december 1998 had moeten geven. De redelijke termijn is in ieder geval verstreken wanneer het bestuursorgaan binnen 8 weken geen beschikking heeft gegeven of op grond van artikel 4:14 Awb aan de aanvrager geen kennisgeving heeft gestuurd over het tijdstip waarop de beschikking tegemoet kan worden gezien.

Heden 21 april 1999, 33 weken na ontvangst van onze aanvraag, heeft u nog steeds geen beschikking genomen op onze aanvraag van 29 augustus 1998 en hebben wij van u ook geen kennisgeving mogen ontvangen over het tijdstip waarop de beschikking tegemoet kan worden gezien. Hier is zeer nadrukkelijk sprake van een fictieve beschikking waartegen bezwaar kan worden ingediend. Bijgevoegd vindt u:

  • de brief van 3 oktober 1998 van R.M. Brockhus aan de minister van VROM (bijlage 2).
  • de brief van 7 oktober 1998 van de Stichting Milieufederatie Limburg aan u (bijlage 3).

Wij verzoeken u kennis te nemen van de inhoud en ook die inhoud hier als herhaald en ingelast te beschouwen. Uit die inhoud kunt u opmaken dat u met uw weigering om te beschikken misbruik maakt van uw bevoegdheden met als gevolg dat appellant geblokkeerd wordt in zijn rechtsgang. Als gevolg daarvan hebben alle in het geding zijnde bedrijven, waaraan u een milieuvergunning hebt verleend voor het shredderen van hout dat vrijkomt als bouw- en sloopafval, hun activiteiten reeds langer kunnen voorzetten;

  • in strijd met de bindende uitspraak no's F03.98.0171, F03.98.0179, F03.98.0180, F03.98.0181, F03.98.0182, F03.98.0183 en F03.98.0184 van 19 augustus 1998 van de voorzitter van de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
  • in strijd met richtlijn 91/689/EEG (pb EG L335).

Ook de brief van 7 oktober 1998 van Stichting Milieufederatie Limburg, waarin zij u kenbaar maken dat betreffend afvalhout niet langer mag worden vershredderd maar moet worden verwerkt als gevaarlijk afval, wordt door u naar de prullenbak verwezen (bijlage 3). Hieruit kunnen wij niet anders concluderen dan dat u het maximale termijn van 8 weken, waarbinnen u een besluit had moeten nemen op onze aanvraag van 29 augustus 1998, reeds met maar liefst 25 weken heeft overschreden om daarmee de in geding zijnde bedrijven onvrijwillig en onbewust milieumisdrijven te laten plegen. Dat is onacceptabel.

  • U weigert de in geding zijnde vergunningen in te trekken.
  • De in het geding zijnde bedrijven vallen hier niets te verwijten.
  • Zij werken binnen het onwettige kader dat door u geboden wordt.

U bent dan ook zeer nadrukkelijk verantwoordelijk voor alle milieu- en gezondheidsschade die ontstaat als gevolg van het op deze manier verspreiden van enorme hoeveelheden goed in water oplosbare kankerverwekkende verbindingen (zwarte lijststoffen), waaronder arseenzuur en chroomtrioxide. U zult daarom ook wettelijk moeten opdraaien voor alle kosten die bij derden ontstaan als gevolg van het op deze manier verspreiden van enorme hoeveelheden uiterst gevaarlijke kankerverwekkende verbindingen (zwarte lijststoffen), waaronder arseenzuur en chroomtrioxide in producten, water, bodem en lucht.

Wij stellen u daarnaast dan ook volledig aansprakelijk voor alle vervolgschade aan derden als gevolg van het feit dat u weigert te beslissen op onze aanvraag van 29 augustus 1998. Deze schade hadden derden niet behoeven te leiden indien u binnen het wettelijk gestelde termijn van 8 weken een besluit had genomen op onze aanvraag van 29 augustus 1998.

Wij vrezen echter dat u, op dit bezwaarschrift opnieuw geen beschikking zult nemen. Daarom hebben wij per gelijke datum aan de voorzitter van de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een verzoek laten uitgaan om uw weigering om te beschikken te schorsen en u middels het treffen van voorlopige voorziening te dwingen tot het nemen van een besluit. Wij verzoeken u ondergetekende hierover in ieder geval te horen op een dinsdag of donderdag en het tijdstip van de hoorzitting af te stemmen met zijn drukke agenda. De volmacht van appellant vindt u bijgevoegd ( bijlage 4).


    Hoogachtend,

ing.A.M.L. van Rooij, veiligheids- en milieudeskundige Ecologisch Kennis Centrum BV
Voor deze


Ing. A.M.L. van Rooij,
directeur.


Bijlage: Dit bezwaarschrift bevat een 4-tal bijlagen bestaande uit 10 pagina's.

Vanwege het spoedeisende karakter en de gigantische consequenties hebben wij deze brief bij de Sociale Databank Nederland op internet laten plaatsen.

Website adres: http://www.sdnl.nl/ekc/ekc-gs07.htm