Ingezonden brief, mening, commentaar
SMARTENGELD NA ONGELUK
De Minister van Justitie wil - zoals hij in het AD van 21 juni en de Trouw van 22 juni meldt - voor de directe verwanten van verkeers- en andere slachtoffers, die omgekomen zijn of ernstig blijvend letsel ondervinden het recht op vergoeding voor verdriet, pijn en andere affectieschade wettelijk regelen.Die verwanten kunnen f 22.000 eisen ter compensatie van hun verdriet.De voorgestelde regeling verdient de navolgende reactie.. In 1970 was ik (24 jaar jong, net afgestudeerd) liftend op weg naar de ambassade van Tanzania om daar mijn visum voor 3 jaar ontwikkelingswerk op te halen. Ik kreeg een lift van een jonge vrouw in een R4. Wachtend voor een stoplicht op rood werd de R4 in volle vaart aangereden door de niet oplettende chauffeur van een vrachtwagen vol met zwijnen. Ik was ongeveer een week diep comateus t.g.v. van een opgelopen contusio cerebri ( hersenkneuzing). De talrijke klachten die ik door het hersenletsel ondervond, werden door een tweetal door het MTC veroordeelde neurologen in verband gebracht met mijn 'praemorbide (al gevormde) karakterstructuur'. De neuroloog., die door betrokken verzekeraar werd aangezocht en betaald legde hetzelfde verband. Die feiten hadden catastrofale sociale, psychologische en financiële gevolgen voor mij en zeker voor mijn ouders, voor wie de regeling van de minister veel te laat komt. Ze zijn er niet meer, in mijn rechtsgevoel omgekomen door onnodig verdriet en zorg om hun kind. Over hoe een contusie voelt en over het letsel dat voor mij en voor mijn verwanten voortkomt uit het feit dat ik door de botte ontkenning van mijn klachten jarenlang geen patiënt met een ernstig hersenletsel mocht zijn, heb ik het boek geschreven: 'Een ongeluk komt zelden alleen'. (uitgeverij Jurilet) Om voor het mij en mijn directe verwanten aangedane leed van de neurologen de erkenning te krijgen waarover de minister spreekt voer ik vanaf 1991 een strijd, waarbij ik aangewezen was en ben op de duurbetaalde diensten van advocaten. Die strijd heeft niet de erkenning noch de genoegdoening opgeleverd, die ik nodig heb en zal die ook niet opleveren . Dat ligt niet aan mij, maar aan de te drukke en/of te commerciële advocaten die mij bij hadden moeten staan. Na ervaringen van 10 jaar, zeker met vele andere en ernstigere slachtoffers dan ik weet ik zeker dat óók vele letsel- en andere advocaten en verzekeraars schade toe brengen aan mensen en dus ook aan hun verwanten, die zoals ik erkenning willen voor wat hen is aangedaan. De minister schrijft 'de regeling kan ook worden toegepast bij andere dan verkeersongelukken waarbij letsel is veroorzaakt'.Ik raad hem daarom aan om het boek 'Recht in de ogen gekeken', (uitgeverij Jurilet) te lezen. In dat boek doe ik samen met met anderen verslag van voornoemde strijd om recht .Lezing zal de minister niet alleen duidelijk maken maar ook doen voelen wat juridisch letsel is en waarom een vergoeding van f 22.000 in vele gevallen geen recht doet aan het toegebrachte leed. Het zal hem ook duidelijk maken dat justiabelen voor het voor de behartiging van hun door advocaten geschade belangen, óók gebruik zouden moeten kunnen maken van de diensten van mensen die hen daadwerkelijk willen en kunnen helpen, al was het maar om daarmee de jurisprudentie te verwezenlijken, waarmee justiabelen en hun verwanten echt gebaat zouden zijn. Lezing van beide boeken zal de minister vooral duidelijk maken dat de regeling van schade van verkeers- en andere slachtoffers in te vele gevallen niet in handen thuis hoort van advocaten en verzekeraars, die belang hebben bij de regeling van de schade. De schade van vele mensen wordt geregeld, maar is daarom niet goed geregeld. Daaruit komt het leed voort, waarvoor de minister nu een wettelijke regeling bepleit. Het zou beter zijn wanneer de minister en ook onze volksvertegenwoordigers en journalisten meer oog en hart zouden hebben voor de structurele oorzaken die ten grondslag lagen en liggen aan het leed, de onvrede en de schade van vele verkeers- en andere slachtoffers. Het zou ook beter zijn wanneer zij hun oor meer te luisteren zouden leggen bij verkeers- en andere slachtoffers. Mijn verwanten willen geen vergoeding meer voor welke schade dan ook. Ik zelf heb officieel afstand gedaan van al mijn rechten op medici,verzekeraars en juristen. Ik wil namelijk dat mijn woorden onafhankelijk zijn en de suggestie of het verwijt van eigenbelang voorkomen.Ik wil dat al mijn woorden ter harte genomen worden. Het gaat mij niet meer om mij, niet om het geld, maar om de smart van verkeers- en andere slachtoffers en de verbetering van hun allerbelabberdste rechtspositie. Jur Terharte (pseudoniem), ex-verkeersslachtoffer H.H. Teernstra Keppelseweg 27 7031 AR Wehl ( 0314 - 681196) SDN-rubrieken
Stichting Sociale Databank Nederland |