![]()
Oproep aan integere Rechter, Officieren van Justitie, politici, journalisten
en Advocaten
Resultaat tot nu toe: Meldingen van rechters bij rechtbanken: 0 Meldingen van raadskeren bij gerechtshoven: 1 Meldingen van staatsraden bij de Raad van State: 1 Meldingen van griffiers: 0 Meldingen van advocaten: 0 Meldingen van journalisten: 1 en 2 Meldingen van politici: 0 Meldingen van burgers: 1 en 2 en 3
Het uitblijven van enige melding van ongerechtigheden in het rechtssysteem en integriteitsproblemen is een bovennatuurlijk wonder. Behalve de lijst klokkenluiders bij de Sociale Databank Nederland die hun klacht over het rechtssysteem hebben durven uiten. Procederen tot aan de Raad van State in civiele conflicten heeft geen enkele zin wanneer de tegenpartij een overheidinstelling is, zoals de provincie, de gemeente, het waterschap of een ministerie, een bank, multinational of verzekeraar. In dat geval bent u bij de duivel te biecht wegens de Pikmeer-arresten 1 en 2 die o.a. ambtsdragers vrijstellen van vervolging bij wetsovertredingen in het kader van beleid. Ook de Europese grondwet, het verdrag van Lissabon, beschermt ambtenaren ook na hun ambtelijke status volledig tegen elke justitiële vervolging wegens falen of wetsovertreding. Verder is het nu nog toegestaan dat in rechtsprocedures advocaten straffeloos mogen liegen, misleiden, vervalsen, meineed plegen, lasteren en smaden wanneer dat in het belang is van hun cliënt. Dit gegeven is niet alleen onacceptabel wat betreft het gedogen daarvan door rechters en raadsheren, maar vooral door de afdekking daarvan door de Nederlandsche Orde van Advocaten en de Raad voor de Rechtspraak; ondanks de advocatenwet. Volgens het klemmende advies van oud-voorzitter mr. A.H. van Delden moet onder alle omstandigheden voorkomen worden dat de mogelijkheid om te liegen tegen de rechter door een advocaat in de rechtszaal niet meer zou kunnen, omdat jurisprudentie zou ontstaan die advocaten verbiedt om te liegen, misleiden, lasteren, vervalsen, enz. Liegen in de rechtszaal is een politiek instrument bij uitstek. |
Einar van Roon blaast hard in de bus
Korte samenvatting procedure van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften en aangifte van
strafbare feiten Aan deze samenvatting kunnen geen rechten worden ontleend. Het is de mening van de auteur en pretendeert niet volledig te zijn.
De beschikking Wanneer je door rood fietst en op grond van de Wet Mulder een bekeuring krijgt van oom agent (in de hoedanigheid van mulderambtenaar en niet als opsporingsambtenaar, worden jouw persoonsgegevens en die van je verkeersgedraging verwerkt en krijg je van het CJIB een brief met acceptgiro, waarin staat dat jou een administratieve sanctie is opgelegd en dat je moet betalen. In die Wet Mulder (Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften, Wahv) staat dat die sanctie moet worden opgelegd bij
gedagtekende beschikking (een schriftelijke beslissing door een
bestuursorgaan, die een publiekrechtelijke rechtshandeling inhoudt. Dat betekent dat een beschikking een authentieke akte moet zijn, dus ondertekend door de bevoegde ambtenaar die het besluit neemt. Het bewijs dat de ambtenaar daadwerkelijk heeft besloten om jou een sanctie op te leggen en op die manier bij jou een schuld aan de staat creëert, zit hem in deze beschikking, waarvoor zijn handtekening als vereiste geldt. Geen handtekening, geen akte, geen bewijs, geen administratiefrechtelijke betalingsverplichting.
Het enige dat oom ‘mulderambtenaar’ in de procedure echter doet, is de
gegevens verwerken en ze naar het CJIB versturen. Hij neemt dus geen
beschikking. De meeste ‘mulderambtenaren’ denken namelijk zelf ook dat de
beschikking wordt genomen door het CJIB! Ergo: de beschikking waarbij jou een sanctie wordt opgelegd, bestaat niet, en het is in ieder geval niet dat ding van het CJIB. Daarom doet het CJIB aan misleiding/bedrog wanneer ze suggereren dat de brief met acceptgiro die van henzelf afkomstig is (en niet van de ambtenaar die de beschikking zou moeten nemen) in feite de beschikking zou zijn waarbij jou de sanctie wordt opgelegd en die ze jou wettelijk toe zouden moeten sturen. Het nemen van een beschikking door het bevoegde bestuursorgaan, de aangewezen ambtenaar, de ‘mulderambtenaar’, mag overigens niet uitbesteed (gemandateerd) worden aan een ander bestuursorgaan (bijvoorbeeld de officier van justitie), omdat de mulderambtenaar een aangewezen ambtenaar is. De aard van de bevoegdheid van de aangewezen ambtenaar staat mandateren niet toe: hij is het die volgens de wet de beschikking moet nemen. Trouwens, je denkt toch zeker niet dat de officier van justitie op straat gaat lopen ‘mulderen’? Lees voor verdere informatie over de ongeldigheid van miljoenen Mulderzaken die onterecht hebben geleid tot een toezending van een acceptgiro om die te voldoen aan het CJIB dat daarvoor geen mandaat heeft en de onterechte bedragen terug moet betalen aan de onwettig financieel belaste personen sinds de invoering van de Wet Mulder.
Beste Anneke, Ik ben bezig met een beklagprocedure art. 12 Sv i.v.m. het ongegrondverklaren door de Hoofdofficier van Justitie te Almelo van mijn aangifte van een mulderambtenaar (MA). Dit i.v.m. overtreding art 8 a Wbp. Hij heeft n l. geen beschikking genomen (heeft hij ook tegen mij gezegd dat hij dat niet doet of zou doen -- de Mulderagenten menen nl. dat het CJIB dat doet!), zodat hij mijn persoonsgegevens niet mag verwerken. De argumentatie ten behoeve van het Hof stuur ik je op termijn in PDF-vorm toe. De Hoofdofficier van Justitie te Almelo beweert in een schrijven aan mij dat de Mulderagent die kent (= de gegevens put) uit de schriftelijke beslissing van de Mulderagent zelf. Hier jokkebrokt de Hoofdofficier van Justitie natuurlijk. Dat zou hij toch moeten weten omdat hij samen met de PG rechtens (art. 3 derde lid Wahv) verantwoordelijk is voor de hele de Wahv-procedure. Maar er bestaat, dat weten we zo zoetjes aan wel, geen schriftelijke
beslissing waarin de Mulderagent middels een publiekrechtelijke rechtshandeling
mij of wie dan ook een administratieve sanctie kan opleggen. Bij ontstentenis
van die betrekkelijke stukken is de Wahv dan natuurlijk niet
toepasselijk, net als de Wob niet toepasselijk is op niet bestaande
documenten, zodat er geen wettelijke grond, nut of noodzaak bestaat om mijn
persoonsgegevens, ook niet onder de juridische paraplu van de Wet Politie
Gegevens of welke andere politiewet dan ook, te verwerken. Comprende? |
Beste Anneke, Dank voor je mail. Je begrijpt dat je niet de eerste bent die nu wel eens wil weten hoe je de ten onrechte door het CJIB geïnde geld kunt terugkrijgen. Dit doe je door je te voegen in het strafproces dat loopt tegen ‘het CJIB’; lees hiervoor de bijlage “Voegen in strafproces”. Met het “Voegingsformulier” kun je de onterechte betalingen aan het CJIB terugvorderen. Stuur het op naar de Rechtbank te Almelo, want daar loopt, als de aanklacht gegrond verklaard wordt, het strafproces tegen ‘het CJIB’. Moet ‘het CJIB’ natuurlijk wel veroordeeld worden. En vraag ook het strafdossier op, want daar heb je als partij recht op. Ik wil nog even ingaan op onze discussie van kort geleden over de achtergrond van het geheel. De brief die het CJIB je stuurt – je weet wel, dat vriendelijke verzoek om te betalen omdat je een verkeersvoorschrift zou hebben overtreden – is helemaal geen echte beschikking. Het is een nepper, een spooknota. Een echte beschikking is namelijk een akte (dus ondertekend), want het moet een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) zijn. En daar lijkt dat geschrift van het CJIB helemaal niet op. Het CJIB verkoopt knollen voor citroenen, precies zoals je zegt. Ze maken je met die nepper dus wijs dat er een beschikking is genomen en passen de Wahv toe. En als je meegaat in hun suggestie dat de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv) toepasselijk is, dan ben je het haasje. Je gaat dan stilzwijgend akkoord met de aanname dat er wel een sanctie moet zijn opgelegd. Het is een ‘catch’, een Wahv-gevangenis. Jouw uitdrukking vind ik wel de beste: gijzelingsconstruct. De vergelijking met het gebrek aan een Habeas Corpus Act (https://nl.wikipedia.org/wiki/Habeas_corpus) tegen onwettige gevangenneming past hier volgens mij helemaal bij. Want je komt heus niet uit de Wahv-gevangenis zonder te betalen. Daar was het Minister Guusje ter Horst ook net om te doen natuurlijk, die zag het gewoon als belasting. En tegen dit klassieke voorbeeld van onbehoorlijk bestuur hebben de Tweede en de Eerste Slaapkamer natuurlijk weer helemaal niets gedaan, terwijl heel Nederland weet dat die wet misbruikt wordt om geld op te halen. Maar goed, als je akkoord gaat met een (bezwaar- en beroep)procedure op grond van de Wahv, dan ga je ook akkoord met de aanname dat je in de Wahv-gevangenis thuishoort en moet betalen om daar weer uit te komen. Ze ontnemen je dan – volgens de bestaande wetgeving! – de mogelijkheid om te bewijzen dat er geen sanctie is opgelegd. Als met jouw stilzwijgende instemming de Wahv wordt toegepast, dan mag je bij bezwaar / beroep namelijk volgens de wet alleen over de opgelegde sanctie, dus inhoudelijke over de beschikking discussiëren. Je bent namelijk al akkoord gegaan met de aanname dat de beschikking is genomen en er dus een sanctie is opgelegd. De discussie kan dan alleen over de inhoud gaan en niet over (het bestaan van) de beschikking zelf. Als je de bezwaar- en beroepfase overslaat en je je verzet tegen het dwangbevel, maar je alsnog akkoord gaat met hun aanname dat de Wahv toepasselijk is, dan zal de rechter terecht zeggen dat je bezwaar / beroep had moeten instellen tegen de opgelegde sanctie. Als er wettelijk bezwaar / beroep openstaat, dan kun je daar de inhoud van de beschikking (dus de sanctie zelf) aan de orde stellen. Verder staat in de Wahv ook nog dat als je je verzet tegen een dwangbevel en je daarbij beroept op de Wahv, je verzet zich niet kan richten tegen de bij beschikking opgelegde administratieve sanctie zelf. Je bent namelijk ook dán akkoord gegaan met de aanname dat er een sanctie zou zijn opgelegd. Dus… enerzijds ben je te laat om de inhoud van de beschikking (de sanctie) aan de orde te stellen en anderzijds kan je, gezien art. 26 derde lid Wahv en de uitsluiting van de titels 4.4, 5.1 en 5.4 Awb, de bestuursrechtelijke betalingsverplichting zelf niet aan de orde stellen! Met andere woorden: in de Wahv kan je alleen in het begin, in de beroepsfase dus, de inhoud van de beschikking (de sanctie) aan de orde stellen, en je kunt dus nooit de beschikking zelf aan de orde stellen. Maar: zoals de Wob niet van toepassing is op niet bestaande documenten (zie bijlage: Besluiten op Wob-verzoeken), zo is de Wahv niet van toepassing als er geen beschikkingen bestaan. Dat is de uitweg uit deze val! De kern is dat je in de rechtszaal van begin af aan stelt dat de Wahv niet toepasselijk is. In dat geval mag je namelijk volgens de Wet de bestuursrechtelijke betalingsverplichting aan de orde stellen. Je kunt dan de eiser, het OM verzoeken te bewijzen (art. 150 Rv) dat deze een vordering op jou heeft. Dat kan hij niet, omdat de kracht van het schriftelijke bewijs (dat aan jou een sanctie is opgelegd) in de oorspronkelijke akte is gelegen (art. 160 Rv). En die oorspronkelijke akte bestaat niet. En daar waar geen akte is, verliest het CJIB zijn recht om te innen. Enige tijd geleden merkte je terecht op dat je het recht wordt ontnomen je onschuld te bewijzen, tenzij ze jou de keuze laten om Wahv toe te passen. Is de Wahv toepasselijk, dan kan je nooit de betalingsverplichting ter discussie stellen en kan je nooit bewijzen dat je ‘onschuldig’ ben. Je hebt helemaal gelijk. Denk je dat die gijzelingsconstructie opzet is? Dat ze in het bestuursrecht de bewijslast hebben omgekeerd, is nog daar aan toe, maar dat je de mogelijkheid wordt ontnomen je onschuld te bewijzen gaat toch echt te ver. Het heeft niets meer met ‘fair trial’ te maken, laat staan dat het maar in de verste verte voldoet aan art. 6 EVRM. Ik dacht vroeger dat zoiets alleen in een bananenrepubliek voorkwam. Groetjes, ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() |