Verkiezingsprogramma van OUDEREN UNIE 55+ en S.O.L.


Milieu homepage . . . . . SDN homepage






    Ouderen



INLEIDING

De 'Ouderen Unie 55+' heeft moeilijke tijd doorgemaakt, een leerproces waar ieder nieuwe partij onverwijld mee te maken krijgt. Wij hebben moeten leren om te gaan met andere partijen welke hetzelfde doel na streven, maar dit van uit een andere gezichtspunt benaderen.

Duidelijk zal zijn dat de 'Ouderen Unie 55+' in principe met iedere democratische partij wil samenwerken, welke zich inzet voor de belangen van de ouderen en gehandicapten. Een hecht samenwerkingsverband met een van de ouderenpartijen, de Samenwerkende Ouderenpartijen Limburg (S.O.L), heeft er al toe geleid om met een gezamenlijke lijst deel te nemen aan de Staten verkiezingen. (De oprichting van de S.O.L. was overigens een gevolg van de problemen welke zich tussen de landelijke ouderenpartijen voordeden. Zij heeft tot doel binnen Limburg de samenwerking te bevorderen). Wij hopen dat de verschillende ouderenpartijen naar elkaar toegroeien. Misschien zal daaruit dan een gezamenlijke politieke ouderenbeweging ontstaan.

Tijdens de nu aflopende Statenperiode is de fractie van de 'Ouderen Unie 55+' in de Provinciale Staten bijzonder actief geweest. Zo heeft zij onder meer in het belang van de ouderen kunnen bewerkstelligen dat ruim 1 miljoen extra werd uitgetrokken voor de thuiszorg in Limburg. Bovendien heeft zij door het stellen van veel schriftelijke vragen er steeds naar gestreefd het Provinciale beleid veel duidelijker en transparanter te maken. Zij heeft veel meer schriftelijke vragen gesteld dan de fracties van de overige partijen in de Provinciale Staten.

Bijzondere aandachtpunten voor onze fractie waren ook onder meer de natuur en het milieu. Deze worden bedreigd door de bestaande bodemverontreinigingen en de ontwikkeling van de recreatieve voorzieningen. De fractie heeft vaker bezwaren geuit tegen het tot op heden gevoerde Provinciale beleid, b.v. ten aanzien van het Boschmolengebied in Midden-Limburg. Hier houden de bestaande plannen voor het bouwen van vierhonderd vakantiebungalows een aantasting in van dit gebied. Te meer daar dit gebied als belangrijk waterwingebied het centrum zou moeten vormen voor een groter natuurgebied. De fractie heeft dit regelmatig schriftelijk onder de aandacht gebracht van het Provinciaal Bestuur.



STATEN PERIODE 1999 - 2003
Verkiezingsprogramma van de OUDEREN UNIE 55+ en de S.O.L.


INHOUDSOPGAVE

1. ALGEMENE GRONDSLAG EN DOELSTELLING 2. ALGEMEEN 3. BESTUUR EN ORGANISATIE 3. 1 ALGEMEEN 3. 2 BESTUUR 3. 3 ORGANISATIE 4. OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID 4. 1 ALGEMEEN 4. 2 POLITIE 4. 3 BRANDWEER 4. 4 RAMPENBESTRIJDING 5. VERKEER EN VERVOER 5. 1 VERKEER 5. 2 OPENBAAR VERVOER 6. WATERHUISHOUDING 7. MILIEUBEHEER 7. 1 ALGEMEEN 7. 2 ONTWIKKELING "0" OPTIE 7. 3 MILIEUKOSTEN 7. 4 UNIFORME REGELING VESTIGING BEDRIJVEN 8. RECREATIE EN NATUUR 8. 1 RECREATIE & TOERISME 8. 2 BEHOUD NATUUR 9. ECONOMISCHE EN AGRARISCHE ZAKEN 9. 1 ALGEMEEN 9. 2 WERKGELEGENHEID 9. 3 AGRARISCHE ZAKEN 10. WELZIJN 10. 1 ALGEMEEN 10. 2 ONDERWIJS 10. 3 VLUCHTELINGEN BELEID 10. 4 OUDERENBELEID 10. 5 DIENSTVERLENING 10. 6 SOCIALE WERKVOORZIENING 10. 7 WET VOORZIENING GEHANDICAPTEN 10. 8 AWBZ 10. 9 EUTHANASIE 10. 10 CULTUUR EN FOLKLORE 11. RUIMTELIJKE ORDENING EN VOLKSHUISVESTING 11. 1 ALGEMEEN 11. 2 BESTEMMINGSPLANNEN 11. 3 GRONDBELEID 11. 4 INDUSTRIE 11. 5 WONEN 11. 6 GROENVOORZIENING 11. 7 BUITENGEBIED 11. 8 VOLKSHUISVESTING 12. FINANCIËN


1. ALGEMENE GRONDSLAG EN DOELSTELLING

Als grondslag en doelstelling gaan de 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' uit van de universele Rechten van de Mens en het Europese Handvest van de mensenrechten. Hierbij baseren wij ons natuurlijk ook op de Grondwet voor het Koninkrijk der Nederlanden. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' staan voor een ook voor de ouderen en gehandicapten gelijkwaardige samenleving op basis van gelijkheid. Een van de belangrijkste taken is het waarborgen van de leefbaarheid voor iedereen. De groep ouderen en gehandicapten heeft hierin onze bijzondere aandacht. Is het niet deze groep die maar al te makkelijk wordt vergeten, daar een groot deel van hen niet meer deel neemt aan het arbeidsproces? Waarbij wij ons terdege realiseren dat de gehandicapten niet gevraagd hebben om een handicap. En zijn het niet vooral de ouderen waaraan wij de huidige welvaart te danken hebben?

Een sterke ouderen- en gehandicaptengroepering op basis van een democratisch bestel is daarin een onmisbare factor. Hierbij hebben hokjesgeest en ideologieën als socialisme en liberalisme zeker niet de voorkeur van onze kiezer. Wij staan daarom ook voor het voeren van praktische politiek. De Provincie dient hierbij te zorgen voor een goede presentatie van de beleidsvoorstellen. De hoofdlijn van het voorgestelde beleid moet duidelijk zijn en de motieven achter de beleidsvoorstellen moeten inzichtelijk zijn gemaakt. Openheid en openbaarheid zijn daarbij vanzelfsprekend. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L' stellen zich als taak, de verschillende wensen en deelbelangen tegen elkaar af te wegen en te integreren in een visie op het algemeen belang. Het is vooral in de realisatie van onze doelstelling dat U als kiezer de belangrijkste rol speelt. U bepaalt de inbreng die wij straks hebben in de Provinciale Staten. Hoe groter Uw steun hoe beter kunnen wij ook Uw belangen behartigen. - De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' willen rekening houden met alle doelgroepen die zich inzetten voor het voeren van een goed onderbouwd beleid op de langere termijn. Dit mede gezien vanuit de visie van de ouderen en gehandicapten. In het bijzonder moet dan ook bij het maken van plannen rekening worden gehouden met de belangen van de ouderen en gehandicapten. Voorkomen dient te worden dat daarbij gediscrimineerd wordt op ouderdom of handicap zoals vastgelegd in de Grondwet artikel

1.2. ALGEMEEN

Het is vooral de veranderende maatschappij die van de ouderen en gehandicapten, de nodige aanpassingen verlangt en niet alleen op de zakelijke en technische facetten. Zo zijn er buiten de verarming en vereenzaming van de mens, de enorme problemen van het milieu. Pas als wij dit onderkennen en er ook gezamenlijk iets aan doen, bestaat de mogelijkheid om een leefbaar klimaat te waarborgen. Door gezamenlijk de problemen aan te pakken, zijn oplossingen mogelijk; een wisselwerking tussen de politiek en de mens is hierbij van essentieel belang.

Wij hebben dan ook ernstige kritiek op die partijen, die bij de keuze van hun kandidaten de ouderen als onmondig beschouwen. Is het succes van het veel geroemde poldermodel waarbij de financiële tekorten van het Rijk fors konden worden verlaagd, niet mede verkregen door een verlaging van de pensioenen en uitkeringen, bezuinigingen op thuiszorg en de gezondheidszorg? Is dit laatste in feite niet een gevolg van het ontbreken van een krachtige ouderenvertegenwoordiging in de Tweede Kamer?


3. BESTUUR EN ORGANISATIE

3.1 ALGEMEEN

De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' zijn voorstander van democratische bestuursverhoudingen. Voor ons houdt dat in dat de afstand tussen de burgers en de overheid zo kort mogelijk dient te zijn. Wij zijn dan ook tegenstander van ongewilde en grootschalige gemeentelijke herindelingen waarbij de gemeente alleen maar als een bureaucratische en abstracte bestuurseenheid wordt gezien. Ook herindelingen naar supersteden geven geen directe voordelen voor de burgers. Is het niet vooral in de grote gemeenten dat steeds meer gebruik wordt gemaakt van deel raden om de bestuurbaarheid te waarborgen? Wij willen er voor waken dat het voor de kiezer steeds minder inzichtelijk wordt. Daarbij geeft het ook nog geen financiële voordelen.

3.2 BESTUUR

De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L' zijn er tegenstander van dat gesloten en ondoorzichtige bestuursvormen het beleid van de provincie bepalen. Grote logge organisatiestructuren van Provinciale ambtelijke diensten dienen daarom met betrekking tot de flexibiliteit en kontactuele mogelijkheden te worden doorgelicht en daar waar nodig worden aangepast. Wij hechten groot belang aan een integer functionerende overheid. Het onderwerp bestuurlijke en ambtelijke integriteit verdient dan ook stelselmatig aandacht. Wij pleiten voor een helder en duidelijk inzicht in de te onderscheiden verantwoordelijkheden van zowel de ambtenarij als de bestuurders. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' zijn voorstander van bestuurlijke vernieuwing, waarbij het gaat om de belangen verbetering van iedereen maar in het bijzonder van de ouderen en gehandicapten. Op provinciaal niveau zou dan ook een zelfstandig orgaan moeten komen van en voor de ouderen en gehandicapten. Dit orgaan zou het provinciaal bestuur gevraagd en ongevraagd kunnen adviseren. Daarbij is de samenwerking tussen het Provinciaal en Gemeentelijk bestuur zeker nog voor verbetering vatbaar. Om te voorkomen dat falende gezagsdragers te lang gehandhaafd blijven, zal een hardere houding moeten worden aangenomen door de verantwoordelijke politieke partijen. Zeker als dit corruptie betreft. Voor de bestuurlijke kwaliteitsbewaking is een eigen ombudsinstelling van de Provincie een belangrijke stap vooruit.

3.3 ORGANISATIE

Het is vanzelfsprekend dat de inrichting van de Provinciale organisatie in deze tijd dient te worden geplaatst in het kader van hoge en scherpe eisen van efficiency, kwaliteit, klantgerichtheid en klantvriendelijkheid. Hierbij dient de dienstverlening ingericht te worden volgens (ISO) kwaliteitszorgsystemen. Gestreefd dient te worden naar certificering van de dienstverlening. Een belangrijk uitgangspunt hierbij is: zeggen wat je doet en doen wat je zegt. Hiervoor zijn de bereidheid tot samenwerking en onderling vertrouwen de belangrijkste pijlers. De belangrijkste voorwaarde voor het slagen hiervan is een mentaliteitsverandering. Het is dan ook vanzelfsprekend dat in dat kader materiële voorwaarden geschapen, dan wel in stand moeten worden gehouden voor training, scholing, werkoverleg, doorstroming en flexibele beloning. De taakverdeling tussen Provincie en bedrijfsleven behoeft voortdurende aandacht. Indien privatisering het meest geëigende middel is, zijn wij voorstander van het voeren van een politiek met gezond verstand. Privatisering is een operatie, die niet van vandaag op morgen tot stand komt. Integendeel, voor een dergelijke complexe ingreep in de organisatie is de geleidelijke weg te prefereren boven een overhaaste aanpak. Van alle direct betrokkenen zal wederzijds veel inzicht, kennis en tact gevraagd worden. Bij de te ontwikkelen scenario's voor geleidelijke privatisering dienen Provinciale overheid en bedrijfsleven in goed vertrouwen van elkaars knowhow te profiteren. Pas dan kan de Provinciale overheid keuzes doen die het gemeenschapsbelang ook werkelijk dienen. Wij zijn van mening dat het resultaat van zulk een geleidelijke privatisering slechts een beter en goedkoper totaalproduct kan zijn. Het decentralisatie proces naar de Gemeenten dient daar waar nodig te worden voortgezet. Wel dienen daarbij meer de democratische spelregels gehanteerd te worden, zeker op die terreinen waarbij de Provinciale overheid ten opzichte van de Gemeente een overwicht heeft.


    4. OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID

4. 1 ALGEMEEN

Hoewel nooit zo duidelijk zichtbaar speelt intimidatie in de samenleving een ongemeen grote rol. Door intimidatie laten velen zich dwingen onrecht en criminaliteit vrij spel te geven. De Ouderen Unie 55+ en de S.O.L. vinden dat intimidatie en chantage van inwoners, ambtenaren en politici met kracht moeten worden bestreden. Veel criminele overlast wordt veroorzaakt door drugsgebruik, gokverslaving en overmatig alcoholgebruik. Extra zorg is geboden voor slachtofferhulp evenals verslaafdenzorg en steun aan zelfhulpgroepen. Naast preventieve maatregelen en voorlichting dient de (verslavings-)criminaliteit in de wortel te worden aangepakt. Van groot belang is dat in de gehele Provincie op dezelfde wijze wordt opgetreden. De veiligheid van alle inwoners dient gewaarborgd te zijn. Experimenten met methodes van afgedwongen afkicken lijken ons daarom beslist noodzakelijk. Wij zijn tegen een vrije beschikbaarstelling van harddrugs aan verslaafden onder medisch toezicht. Dit daar deze aanpak geen herstel betekent van hun gezondheid en het normaal functioneren in de samenleving blijft belemmeren. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' zijn dan ook tegen het gedoogbeleid t.a.v. softdrugs en hebben dit middels diverse brieven aan stadsbesturen kenbaar gemaakt. De bewering dat de verkoop van softdrugs in een klein aantal koffieshops de handel in harddrugs zou afremmen, blijkt in de praktijk een farce. Het tegendeel is helaas echter de werkelijkheid. Het drugstoerisme neemt eerder door dit gedoogbeleid steeds verder toe met als gevolg dat de lokale besturen geen enkele invloed meer hebben op het beleid van politie en justitie in de diverse regio's. De onveiligheid is dan ook het gevolg hiervan vooral in de grotere Limburgse steden. Daarbij zijn het vooral de ouderen en gehandicapten die hier steeds meer de dupe van worden. Wij zullen dan ook elke actie tegen dit gedoogbeleid steunen.


4. 2 POLITIE

Voor de 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' is in de hedendaagse samenleving een goed werkend politieapparaat niet meer weg te denken. De bewering echter dat politie en justitie het plaatselijk gedoogbeleid voldoende onder controle hebben, beschouwen wij als een utopie. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' zijn voorstander van een politieapparaat dat berekend is op zijn taken. Wij zijn dan ook ontevreden over de omvang en het functioneren van het huidige politieapparaat. Gebrek aan mankracht en het beleid inzake de inzet roepen bij ons veel vraagtekens op. Dit mede gezien de steeds groter wordende onveiligheid. Het verdient de hoogste prioriteit maatregelen te treffen daar waar het de woon- en leef- omgeving van de ouderen en gehandicapten betreft. Het is daarom van belang dat bij de ontwikkeling van plaatselijke beleidsplannen voor de bestrijding van de criminaliteit en baldadigheid rekening wordt gehouden met de meningen en wensen van de plaatselijke bevolking. Zo zal met name de politie zich naar ons inziens meer op straat moeten manifesteren. Ook een goede straatverlichting, het aanstellen van b.v. huismeesters en/of wijkopzichters zouden tot de bevordering van de veiligheid kunnen bijdragen. Buiten de handhaving van de openbare orde en bescherming van onze inwoners heeft de politie ook de taak voor de bescherming van het milieu en landschap. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' zullen blijven aandringen op de ontwikkeling van een beleidsplan, inhoudend het bestuurlijk preventiebeleid inzake de toenemende criminaliteit. De veiligheid van onze inwoners, dus ook de ouderen en gehandicapten, dient altijd gewaarborgd te zijn. Het recht van burgers zichzelf te verdedigen, zal meer erkend moeten worden. Daarbij zal een goede voorlichting aan burgers, bedrijven en op scholen er toe kunnen bij dragen dat, ondanks het toegenomen aantal taken en de bezuinigingen, het huidige peil gehandhaafd kan worden. Overtredingen en misdrijven kunnen op die manier ook voor een groot deel voorkomen worden. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L' zijn er voorstander van dat, in overleg met de buurlanden, door de provincie en stedelijke gemeenten een gemeenschappelijk antidrugsbeleid gevoerd wordt, op basis van gelijke opvattingen.


4.3 BRANDWEER.

Wij kunnen met een gerust hart vaststellen dat de kwaliteit en de uitrusting van de Brandweer in Limburg momenteel van hoog niveau zijn. Voor een optimaal functioneren van de brandweer is een regionale samenwerking van groot belang. Gezien de ligging van diverse gemeenten, kunnen ook grensoverschrijdende samenwerkingsverbanden bijdragen aan het behoud van het zorgniveau waardoor bij brand en andere rampen de veiligheid van de inwoners nog beter wordt gewaarborgd.. Ervaringen opgedaan tijdens de rampenbestrijding, moeten hierin worden opgenomen.


4.4 RAMPENBESTRIJDING

Gemeente, politie en brandweer vervullen een spilfunctie bij de rampenbestrijding. Hierbij zou tevens de opvang van ouderen en gehandicapten moeten zijn geregeld en vastgelegd in het rampenbestrijdingsplan. De rampenbestrijdingsorganisatie dient minimaal jaarlijks één oefening te houden. Met de opgedane ervaringen dient het rampenbestrijdingsplan te worden geactualiseerd. Ook hier geldt dat wij voorstander zijn van grensoverschrijdende samenwerkingsverbanden gezien de opgedane ervaringen. De provincie doet er goed aan de bestaande rampenbestrijdingsplannen eens te inventariseren en te vergelijken


4.5 VERKEER EN VERVOER

Bij het ontwikkelen van de diverse verkeerscirculatieplannen dient niet alleen aandacht te worden geschonken aan de algemene verkeersveiligheid. De voorzieningen dienen zodanig te worden getroffen dat ook kinderen, ouderen en gehandicapten zonder te veel moeite deel kunnen nemen aan het verkeer. Bestaande fietspaden zullen voor zover mogelijk hieraan aangepast dienen te worden. Zo dient men bij de aanleg en vervanging van fietspaden langs de provinciale wegen, rekening te houden met de voertuigen van gehandicapten en wel zodanig dat ook rolstoelgebruikers hiervan op een veilige manier gebruik van kunnen maken. Wij zijn daarbij voorstander van het invoeren van rateltikkers bij kruisingen en vaste overgangen. Hierdoor wordt ook voor de slechtzienden en blinden een stuk veiligheid geboden. Wij zijn voorstander van een Provinciale inventarisatie en evaluatie van de verkeersvoorzieningen met betrekking tot hun geschiktheid voor oudere en gehandicapte verkeersdeelnemers.


5. OPENBAAR VERVOER

Bij het openbaar vervoer zal zorg gedragen moeten worden voor het goed bereikbaar zijn van de haltes en de plaatsing van wachthuisjes. Hierin dienen zitplaatsen te zijn aangebracht t. b.v. de ouderen en gehandicapten. Een inventarisatie en evaluatie van deze verkeersvoorzieningen zijn o.i. noodzakelijk om te beoordelen of deze aan de bovengestelde criteria is voldaan.


6. WATERHUISHOUDING

Uit de laatste twee watersnoodsituaties zijn natuurlijk de nodige conclusies getrokken. Daaruit blijkt dat een regelmatige controle van de dijken etc. noodzakelijk is en blijft. Indien nodig dienen aanpassingen zo snel mogelijk te worden uitgevoerd. De huidige wijze van waterhuishouding beheer zal hieraan moeten worden aangepast. Bouwplannen in de winterbedding van de Maas dienen te worden geschrapt. Van het Provinciaal bestuur mag worden verwacht dat zij de bruinkoolwinning in Duitsland nauwkeurig volgen. Daarbij zal het Provinciaal bestuur ook, zo nodig, bij de daarvoor verantwoordelijke overheden de noodzakelijke stappen moeten ondernemen om te komen tot een integraal waterverdrag. Dit in verband met de te verwachten ernstige gevolgen voor het grondwaterpeil.


7. MILIEUBEHEER

7.1 ALGEMEEN.

Het welzijn van de mens wordt in grote mate bepaald door de kwaliteit van de directe leefomstandigheden. Het gaat daarbij niet alleen om de vraag of iemand goed woont en werk heeft, maar hangt ook af van de kwaliteit van het milieu. Het besef breekt meer en meer door dat de aarde, de drager van het leven, ernstig is aangetast. Zo ernstig dat, als er niet direct maatregelen worden getroffen, het water, de lucht en de bodem voor een belangrijk deel blijvend zullen worden aangetast. Geldwolven zijn verantwoordelijk voor de grootste milieuvervuiling, ten gevolge waarvan steeds meer mensen armer worden en de kwaliteit van het milieu in een snel tempo verslechtert. 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L' onderschrijven het algemeen maatschappelijk aanvaard standpunt dat de kwaliteit van het milieu moet worden verbeterd. Wij hebben daarbij wel altijd gezegd dat de extra aandacht en inspanningen op dit gebied, handen vol met geld gaat kosten. Dit geld zal uiteindelijk door de burgers moeten worden opgebracht. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' zijn voorstander van een gebiedsgerichte benadering van de milieuproblematiek, waarbij de verschillende problemen in samenhang worden aangepakt. De overheid, burgers en bedrijven zijn gezamenlijk daarvoor verantwoordelijk.


7.2 ONTWIKKELING NULOPTIE

Een van de belangrijkste ontwikkelingen in Limburg is de ontwikkeling van de z.g. nul optie bij de recycling van chemische afvalstoffen. Deze optie houdt in dat bij het recycling proces geen giftige reststoffen overblijven. Het is echter de negatieve houding van de Provincie, Zuiveringschap en Milieufederatie als gevolg van bepaalde belangengroepen die dit vaak frustreert. Onze partijen en de fractie hebben zich tegen deze negatieve houding steeds krachtig verzet en daarbij scherpe kritiek geuit tegen de onjuiste voorlichting. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' blijven dan ook in de komende jaren voorstander van het verder ontwikkelen van de nuloptie en zullen dan ook kritiek blijven uitoefenen op elke onjuiste voorstelling van zaken van welke instantie dan ook. 7. 3 MILIEUKOSTEN Helaas wordt ook door het Rijk op financieel gebied deze ontwikkeling tegengewerkt, door korting bij de overheveling van de specifieke bijdrage voor milieuapparaatskosten naar het Gemeentefondsen en door het afschaffen van de leges. De relatie tussen dienst en betaling wordt onderbroken. De Provincie dient er bij het Rijk op aan te dringen dat de Gemeenten het instrument om te voorzien in eigen inkomsten niet wordt ontnomen. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' vindt deze ontwikkeling verontrustend omdat ze bijdraagt aan een vorm van ongelijke behandeling van bedrijfsleven en inwoners. Het is voor ons onaanvaardbaar dat de financiële consequenties van een goed milieubeleid eenzijdig ten laste van de inwoners komen.


7.4 UNIFORME REGELING VESTIGING BEDRIJVEN

Ook zal men uniforme richtlijnen moeten vastleggen hoe men om wil gaan met de milieugevolgen van nieuwe bedrijven en uitbreiding van bestaande ondernemingen en op elke wijze men de bureaucratische procedures (zo eenvoudig mogelijk) vorm wil geven. Een gerichtheid op kansrijke sectoren is hier gewenst. 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' vinden dat door middel van publicaties van organisaties actief op milieugebied, daadwerkelijk kan worden bijgedragen aan een groeiend milieu besef. Daarbij dient de handhaving van de wettelijke regels en de opsporing van milieudelicten in samenwerking met de Provincie, Gemeenten, Waterschap en politie intensiever te worden.


8. RECREATIE EN NATUUR

8.1 RECREATIE & TOERISME De groei van de sector recreatie en toerisme is een van de grootste van alle economische sectoren (Centraal Planbureau). Naast een versterkte positie van de ondernemers zijn deze ook gebaat bij een uitbreiding van het aantal recreanten binnen onze Provincie Limburg. Dit houdt echter niet in dat hieraan ongelimiteerd gevolg moet worden gegeven. Onze partijen zijn zeker voorstander van het scheppen van mogelijkheden maar dan wel binnen een acceptabel kader en niet ten koste van de natuur. Zoals de Boschmolenplas, waar men plannen heeft om, ten koste van een waterwingebied met de grootste waterbron in Nederland en een natuurgebied, 400 vakantiebungalows te bouwen. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' vragen zich af voor wie en wat is dan de toegevoegde waarde in dit gebied ? Alleen maar voor het financiële gewin van een enkeling en onbekende aandeelhouders. De vraag blijft: zijn er op deze manier niet al te veel gebieden verkwanseld ?


8.2 BEHOUD NATUUR

De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' zijn dus tegen vakantiebungalows in het Boschmolengebied. Dit is juist een van de aantrekkelijkste gebieden is voor een zo genaamd Arboretum en ecologische tuin. De volgende generaties kunnen hiervan de vruchten plukken. De machtspositie van Aqua Terra moet worden ingedamd. Dit ten behoeve van andere recreatieondernemers, plaatselijke gemeenschappen en de natuur. De fractie heeft daarom aan de minister voorgesteld een parlementaire enquête te houden inzake de handel en wandel van Aqua Terra. Op welke wijze heeft zij b.v. de grindplassen verworven?


9. ECONOMISCHE EN AGRARISCHE ZAKEN

9.1 ALGEMEEN. Wij zijn van mening dat de eerste verantwoordelijkheid voor economische ontwikkelingen ligt bij de Rijksoverheid en de organisaties van werkgevers en werknemers. Economische ontwikkeling en bevordering van werkgelegenheid hangen zeer nauw samen. We hebben kunnen constateren dat de laatste jaren een "het gaat toch zo goed met de economie" euforie is ontstaan. De harde werkelijkheid is anders. Tegen de verwachting in is, ondanks stijgende winsten en een positieve economische ontwikkeling, het aantal banen maar mondjesmaat gestegen. De werkloosheid is onvoldoende gedaald. Het aantal huishoudens op of onder het bestaansminimum is gestegen. Inkomenspolitiek is een taak van de Rijksoverheid; het wordt dan ook hoog tijd dat die Rijksoverheid haar verantwoordelijkheid ter zake neemt en een beleid ontwikkelt dat leidt tot structurele niet-gesubsidieerde werkgelegenheid. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L' vinden werkgelegenheid met een passende beloning de beste manier om uit de armoedeval te geraken. Werkgelegenheid en economie worden vooral bevorderd door het scheppen van gunstige voorwaarden en van een goede fysieke educatieve infrastructuur.


9.2 WERKGELEGENHEID

De Provincie moet haar voornemens inzake het te voeren werkgelegenheidsbeleid vastleggen in een nota, die wordt opgesteld in overleg met werkgevers- en werknemersorganisaties. In deze nota moet worden aangegeven op welke wijze de Provincie kan meewerken om nieuwe bedrijven aan te trekken binnen de provincie. Ook de groei van een stuk werkgelegenheid, welke samenhangt met de uitbreiding van de recreatie binnen de regio mag niet uit het oog worden verloren, te meer daar het hier gaat om banen waarvoor geen directe opleiding noodzakelijk is. Met name in de sector ongeschoolde arbeid is de werkloosheid het grootst. Het mag echter niet ten koste gaan van onvervangbare stukken natuur.


9.3 AGRARISCHE ZAKEN

Doordat de land en tuinbouw alsmede de veeteelt veel problemen kennen mag van het Provinciaal bestuur worden verwacht dat het de betrokken bevolkingsgroepen in zijn beleid ondersteunt en hun problemen niet nodeloos verzwaart. Het is vooral de agrarische sector die, door de op een te korte termijn te zware eisen inzake natuur en landschap op te leggen, vaak te zwaar worden belast. Beter is het, de agrarische sector meer tijd en steun te geven om zich op een meer verantwoorde manier aan te passen aan de gewijzigde eisen en omstandigheden. De veranderingen in de agrarische sector ondermijnen nu het economische draagvlak. Onze partijen vinden dat de Provincie meer middelen ter beschikking moet stellen uit het Fonds Economische Structuurversterking (FES) om de economische en sociale gevolgen op te vangen.


10 HET WELZIJNSBELEID

10. 1 ALGEMEEN Doorgaans wordt uitgegaan dat de mensen zelf verantwoordelijk zijn voor hun eigen welzijn. Maar doordat steeds meer mensen niet meer aan het arbeidsproces deel kunnen nemen, zullen er ook steeds meer speciale voorzieningen nodig zijn. Enerzijds is er de directe dienstverlening in de vorm van bejaardenzorg, gezinszorg, kinderbescherming e.d. Anderzijds is het welzijnswerk gericht op herstel en verzachting van beschadigingen die mensen in de maatschappij hebben opgelopen, de bestrijding van de oorzaken daarvan en vergroting van de weerbaarheid van mensen die bijzonder kwetsbaar zijn.


10.2 ONDERWIJS

Goed onderwijs is van primair belang. Over de huidige kwaliteit van het onderwijs zijn de nodige twijfels waardoor aanpassing wenselijk is. Dit zou in Limburg meer internationaal gericht moeten zijn. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' zijn voorstander van een subsidiebeleid ,afhankelijk van gevoerde prestaties en de behoefte van de maatschappij. De invloed van de Provincie op dit terrein is helaas beperkt.


10.3 VLUCHTELINGENBELEID

Het vluchtelingenwerk is tijdens de afgelopen jaren uitgegroeid tot een omvangrijke industrie waarin velen, advocaten, sociale werkers en tal van anderen een goede boterham verdienen. De Nederlandse samenleving draagt de lasten van dit omvangrijke apparaat. De toename van het aantal vluchtelingen in ons land is voor onze eigen bevolking een groot probleem geworden en daarbij een grote financiële last. Het ontstaan van dit vraagstuk is ongetwijfeld deels het gevolg van de omstandigheid dat velen, die in het vluchtelingenwerk hun brood verdienen, alleen maar belang hebben bij de komst van nog meer vluchtelingen en daarbij steeds meer invloed uitoefenen op het Regeringsbeleid. Het vluchtelingenbeleid is dan ook onbeheersbaar geworden, waardoor chaotische toestanden ontstaan. Een grote stroom vluchtelingen komt ieder jaar ons land binnen, waarna in het kader van de gezinshereniging dit aantal zich nog eens minimaal verdubbelt. Noodzakelijk is het dat er een totale herziening moet komen van dit beleid. Het vluchtelingenwerk zelf dient grondig gereorganiseerd te worden waarbij wij van opvatting zijn, dat het totale vluchtelingen beleid meer moet worden afgestemd op de belangen van de eigen bevolking. De Provincie dient zich t.o.v. het vluchtelingenwerk dan ook veel kritischer op te stellen en zal moeten nagaan, in hoeverre dit werk op een veel doelmatiger en meer verantwoorde manier kan geschieden.


10.4 OUDEREN BELEID.

De ontgroening en vergrijzing van onze maatschappij vergt een planmatige aanpak. De oudere is een zelfstandig functionerend persoon die op eigen wijze zin geeft aan het leven. De manier waarop de oudere dit doet wordt mede bepaald door zijn leeftijd, maar hij is daardoor niet minder waard of onvolwaardig. De te verwachten demografische verandering vraagt om een passend beleid, waarin aspecten van zorg, educatie en recreatie onderlinge samenhang moeten vertonen.


10.5 DIENSTVERLENING

Het welzijnswerk vervult hierin een belangrijke taak. Enerzijds vervullen zij een taak in de directe dienstverlening, waaronder de gehandicapten-, bejaarden-, gezinszorg en kinderbescherming. Anderzijds is het welzijnswerk gericht op herstel van de weerbaarheid van die mensen, die in de huidige maatschappij schade hebben opgelopen en daardoor bijzonder kwetsbaar zijn. De Rijksbezuinigingen inzake de wijkverpleging en andere vormen van thuiszorg zijn voor de 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' dan ook onaanvaardbaar en dienen ongedaan te worden gemaakt. Deze bezuinigingen staan haaks op het streven, om bejaarden en gehandicapten zo lang mogelijk thuis te laten wonen. Mede ook door de vergrijzing van de maatschappij vergt dit welzijnswerk een steeds meer planmatige aanpak. Hierin zijn de ouderen en gehandicapten zelfstandig functionerende personen, die op hun eigen aangepaste wijze zin geven aan het leven.

In het huisvestingsbeleid dienen ouderen en gehandicapten zoveel mogelijk als zelfstandig wonenden en niet als hulpbehoevenden beschouwd te worden. Onze fractie heeft zich ingezet voor het "kangoeroebeleid" en het inwonen van ouderen bij kinderen in kleinere kernen. Wel moeten er mogelijkheden zijn van maaltijdvoorziening, huishoudelijke hulp en thuiszorg voor die ouderen, die in een gewoon huis wonen. Ook zal dan de 24 uurs bereikbaarheid van alle betrokken instellingen in de regio bevorderd moeten worden. Indien hiervoor sociale of medische redenen aanwezig zijn, moeten ouderen of gehandicapten op korte termijn in een verzorgingstehuis terechtkunnen. Wachtlijsten bij ziekenhuizen, verpleeghuizen, bejaardenoorden e.d. dienen dan ook te verdwijnen. Een betere planning van het opnamebeleid en uitbreiding van de opvangmogelijkheden voor urgente gevallen zullen in de eerstkomende jaren moeten plaats vinden. De bezuinigingen in het kader van de Wet op Bejaardenoorden, mogen niet ten koste gaan van de kwaliteit van de bewoning van deze verzorgingstehuizen. Sociaal-culturele activiteiten voor en door ouderen en gehandicapten moeten gestimuleerd worden. Het welzijnswerk dient dan ook bij te dragen aan:


  • De bestrijding van de oorzaken en de vergroting van de weerbaarheid van mensen.
  • Maatschappelijke bewustwording van mensen ten aanzien van hun positie en functie in de maatschappij.
  • Voorzieningen voor bevolkingsgroepen die in een moeilijke maatschappelijke positie verkeren zoals ouderen, arbeidsongeschikten, en werkelozen.
  • Het voldoende aanwezig zijn van gekwalificeerde beroepskrachten bij verantwoorde hulpverlening
  • Goede voorzieningen, op gebieden als scholing, creativiteit, sport en recreatie; verder te ontwikkelen voor alle lagen van de bevolking.
  • Het niet in de vergeethoek raken van de leefsituatie en problemen van de oud-mijnwerkers en dit steeds onder de aandacht brengen van het Provinciaal bestuur.
  • Het vinden van een aanvaardbare oplossing door het Provinciaal bestuur voor de grensarbeiders, dit in verband met de sociale regelingen.
  • Bevordering van emancipatie en het vermogen van mensen om zichzelf te helpen;
  • Het stimuleren van het vrijwilligerswerk.
  • Sociaal en culturele welzijnszorg dient afgestemd te zijn op de noden van de diverse groepen. - Het laten mee beslissen van diverse belangengroepen over de vraag welke welzijnsvoorzieningen het meest gewenst zijn.


10.6 SOCIALE WERKVOORZIENING

Sociale werkplaatsen geven vele honderden gehandicapten een realistische arbeidsplaats. Het is niet ondenkbaar dat deze zinvolle arbeidsplaatsen door budgettaire omstandigheden zullen verminderen. Wij zetten ons in voor behoud c.q. uitbreiding van arbeidsplaatsen in het kader van de nieuwe Wet Sociale Werkvoorziening (WSW). Als gevolg op de nieuwe bijstandswet zal de Wet Inschakeling Werkzoekenden (WIW) van kracht worden. Met deze WIW komt er één regeling voor gesubsidieerde arbeid, die de afzonderlijke maatregelen als JWG, Banenpool en Melkertbanen bundelt. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' vinden een geïntegreerde uitvoering van de WSW en WIW noodzakelijk, waarbij ongeacht de toekomstige rechtsvorm van de Sociale werkplaatsen, de doelstelling om zoveel mogelijk mensen een plaats te bieden in het arbeidsproces, moet worden gehandhaafd. De uitstroom naar niet-gesubsidieerde arbeid moet daarbij worden bevorderd.


10.7 WET VOORZIENING GEHANDICAPTEN.

De Gemeenten zijn verantwoordelijk voor huisvestingsbeleid van de gehandicapten. Aanpassingen van woningen kunnen in het kader van de WVG gerealiseerd worden. Ook hier met het doel zo lang mogelijk blijven wonen in de eigen woonomgeving. In het kader van de woningaanpassing wijzen wij op de wenselijkheid om voor gehandicapten en bejaarden een standaard natte cel + slaapkamer te ontwikkelen, welke als een semi-permanente voorziening snel aan een woning kan worden toegevoegd. Bij het overlijden of vertrek van betrokkene zou een dergelijke voorziening weer bij een andere woning geplaatst kunnen worden. Deze oplossing bespaart minstens f.40.000,- op de huidige kosten. Wij pleiten voor het verder ontwikkelen van een dergelijke voorziening en verwachten dat de Provincie dit stimuleert. In het kader van de WVG is door een aantal gemeenten voor een collectief vervoerssysteem gekozen met als doel, dat het vervoer voor gehandicapten en ouderen. bereikbaar en betaalbaar dient te blijven. Dit vervoer heeft de afgelopen periode de nodige financiële problemen en tekorten opgeleverd alsmede vele klachten. De financiële problemen zullen moeten worden opgevangen door de WVG. De gemeenten hebben hiervoor de zorgplicht, want zij zijn autonoom m.b.t. de WVG. Deze gelden van gehandicapten mogen niet worden gebruik voor de financiering van het normale streekvervoer, wat sommigen willen. Daarnaast dient er bij het Rijk op aan worden gedrongen, dat de financiële en beleidsmatige gevolgen moeten worden gecompenseerd middels een hogere storting in het gemeentefondsen.


10.8 AWBZ

Wij maken er bezwaar tegen het voorstel dat de zorgverzekeraars een meerderheid van zetels bezetten in de adviesraad voor de AWBZ. Bij de samenstelling van deze adviesraad dienen de zorgcliënten de helft van het aantal zetels te bezetten.


10.9 EUTHANASIE

Euthanasie is een veel besproken onderwerp waarbij de uitgangspunten soms ver uiteen liggen. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' willen in deze een standpunt naar voren brengen, waarbij zij uitgaan van het respect voor het leven vandaar dat actieve euthanasie door ons in principe wordt afgewezen. Bij de passieve euthanasie dient gehandeld te worden naar de wet. Hierbij dient de wens van betrokkene als enige uitgangspunt te worden gerespecteerd en uitgevoerd. Aangezien ons uit concrete gevallen gebleken is, dat de medici in de ziekenhuizen soms de wettelijke voorschriften niet goed naleven, zullen wij ons nader verdiepen in de feitelijke gang van zaken.


10.10 CULTUUR EN FOLKLORE

Het is van groot belang dat de typische Limburgse cultuur, folklore en gebruiken blijven voortbestaan en dat de ontstane knelpunten tot een aanvaardbare oplossing worden gebracht. Met name denken wij aan de schutterijen, gilden, muziekgezelschappen en het carnaval. De positie van de schutterijen is een knelpunt geworden t.g.v. de discussie over de loden kogels en de beschikbaarheid van schietterreinen. Steeds meer is de overtuiging dat het gebruik van loden kogels veel minder een probleem zijn voor het milieu en gezondheid, dan beweerd wordt. De schutterijen zijn in de Limburgse cultuur niet weg te denken. In het beleid van de Provincie dient dit als uitgangspunt gehanteerd te worden.


11. RUIMTELIJKE ORDENING EN VOLKSHUISVESTING


11.1 ALGEMEEN.
In een geografisch gezien klein en dichtbevolkt land als Nederland dient men zorgvuldig om te springen met de schaarse ruimte. Dit is noodzakelijk wil men de welvaart en het welzijn van de burgers kunnen optimaliseren. Hetzelfde geldt uiteraard voor onze Provincie. In de ruimtelijk ordening zal dan ook voldoende plaats moeten zijn voor zowel menselijke activiteiten als voor milieuaspecten. De leefbaarheid en lokale eigenheid die de verschillende streken en kerkdorpen in positieve zin kenmerken, moet behouden blijven en zo mogelijk versterkt worden.


11.2 BESTEMMINGSPLANNEN.

Bestemmingsplannen zijn in het kader van de ruimtelijke ordening een noodzaak. Hierbij moet aandacht worden geschonken aan de landschapsinrichting. De Provincie is verantwoordelijk voor de realisering van een regionaal beleid gericht op bescherming, instandhouding en ontwikkeling van natuur- en landschapswaarden en de kwaliteit van de dagelijkse leefomgeving.


11.3 GRONDBELEID.

Een actief grondbeleid is noodzakelijk om gewenste ruimtelijke ontwikkelingen te realiseren. De Gemeenten moeten de mogelijkheid hebben om de lasten, die ten behoeve van een bouwlocatie worden gemaakt, op de initiatiefnemer te kunnen verhalen. De door het kabinet voorgestelde grondexploitatieheffing kan, mits de gemeente hiermee in de praktijk goed uit de voeten kan, aan dit beleid haar bijdrage leveren.


11.4 INDUSTRIE.

De vestiging van nieuwe industrieën, kantoren en diensten dient zodanig te geschieden, dat het woon- en leefmilieu in de omgeving niet wordt aangetast. Bij planning van industrieterreinen moet het belang van een ligging aan waterwegen goed overwogen worden, vooral als het gaat om die bedrijven waarvan het vervoer uit bulk- producten bestaat. Wij hebben de indruk dat bij deze planning de overheid meestal met de rug naar het water zit.


11.5 WONEN.

De Provincie heeft als belangrijk doel het promoten van een aantrekkelijke woon- en leefomgeving. Belangrijke doelstellingen daarin zijn met name de verkeersveiligheid, de kwaliteit van de woonomgeving en ruimte voor recreatie.


11.6 GROENVOORZIENING

De groenvoorzieningen dragen wezenlijk bij aan het woon- en leefgenot. Derhalve dienen deze groenvoorzieningen behouden te blijven en waar mogelijk verbeterd te worden. Onze voorkeur gaat daarbij uit naar het behoud van kwaliteit boven kwantiteit.


11. 7 BUITENGEBIED.

Evenwicht bewaren tussen stad en land betekent ook dat de kwaliteit van het buitengebied nadrukkelijk aandacht moet krijgen. Kwaliteit van het buitengebied bestaat onder andere uit natuur en landschap, werkgelegenheid zo mogelijk in combinatie met recreatie alsmede de fysieke en sociale structuur van de agrarische sector. Toekomstige veranderingen in de agrarische sector vormen hierbij een bedreiging. Deze veranderingen hebben tot gevolg dat het economisch draagvlak wordt ondermijnd. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' vinden dat, bij een agrarische heerstructurering in onze Provincie er meer extra middelen ter beschikking moeten worden gesteld uit het Fonds Economische Structuurversterking (FES) om de economische en sociale gevolgen op te vangen.


11. 8 VOLKSHUISVESTING

De Rijksoverheid speelt een centrale rol bij het volkshuisvestingsbeleid in ons land. Zij streeft naar decentralisatie van de volkshuisvesting door het overhevelen van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden naar lagere overheidsniveaus. Het volkshuisvestingsbeleid zal de komende jaren vragen om een integrale benadering, die niet ophoudt bij de traditionele volkshuisvestingsgrenzen. Aanpalende terreinen als de ruimtelijke ordening, milieu en de zorgvoorzieningen zullen bij de afweging een rol gaan spelen. In goed overleg met de betrokkenen van de diverse Gemeenten dient de woningbouw in de kleine kernen bevordert te worden. Dit komt dan niet alleen de leefbaarheid van deze kernen ten goede, maar zal ook het functieverlies van die kernen en de daarmee gepaard gaande ontvolking een halt toeroepen. Ook de ouderen kunnen dan in hun eigen woonomgeving blijven wonen. De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' zijn er een voorstander van dat, bij het opstellen van nieuwe bestemmingsplannen, voldoende rekening wordt gehouden met de bijzondere groepen (alleenstaanden, bejaarden, gezinnen, samenwonenden, gehandicapten). De bevoegdheden van het Provinciaal bestuur inzake de woningbouw moeten beter afgestemd worden op die van de gemeenten. De provincie moet er ook op toe zien dat de burgers met betrekking tot de bestemmingen rechtvaardig behandeld worden. In de praktijk is dat nu wel eens niet het geval.


AANDACHTSPUNTEN

Belangrijke aandachtpunten zijn:

  • De leefbaarheid in de diverse Gemeenten, is uitsluitend gediend bij een goede wisselwerking tussen de Provincie en die Gemeenten.
  • Bij het realiseren van nieuwe woonkernen dient rekening gehouden te worden met het scheppen van ruimten voor vrijetijdsbesteding en groenvoorziening.
  • Wenselijk zou zijn om bij het realiseren van huurwoningen, deze zodanig te construeren dat met een minimum aan kosten, deze ook geschikt zijn voor bewoning door ouderen en gehandicapten.
  • Nieuwbouw in stedelijke gebieden, met name de betaalbare huurwoningen, zal daar, waar dit noodzakelijk is, bevorderd worden. Dit om te voorkomen dat jongeren jaren op een wachtlijst moeten staan, voordat zij in aanmerking komen voor een betaalbare huurwoning.
  • Limburgse woningzoekenden dienen dezelfde kansen te krijgen op het betrekken van een huurwoning als de allochtonen. Het mag niet zo zijn dat de bij het toewijzen van een huurwoning de eigen burgers gediscrimineerd worden t.o.v. de allochtonen.
  • De 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' is scherp gekant tegen elke vorm van discriminerend beleid t.a.v. de huurwoningtoewijzing aan Nederlandse woningzoekenden waaronder een grote groep Nederlandse jongeren.
  • De beschikbaarheid van wooneenheden voor jongeren in de stedelijk gebieden. Op dit punt is een tekort ontstaan. Vooral in die steden met hogere dagopleidingen dienen voldoende woonmogelijkheden voorhanden te zijn.
  • Ook alleenstaande werkende jongeren moeten voldoende mogelijkheden krijgen om zelfstandig te kunnen wonen 12 FINANCIËN Door de steeds hoger wordende onkosten waaronder nutsvoorzieningen, heffingen en noodzakelijke voorzieningen, worden de besteedbare inkomens van vooral de ouderen, gehandicapten en de uitkeringsgerechtigden steeds verder gekort.

Voor de 'Ouderen Unie 55+ en de S.O.L.' is dan ook een van de taken zorg te dragen dat ook de lokale belastingen en heffingen, daar waar dat mogelijk is, fors worden afgeremd en niet ongelimiteerd blijven stijgen. Wij zijn voorstander van hervorming van het stelsel lokale belastingen. Dit is echter een zaak van het Rijk vandaar dat de Provincie op deze hervormingen zal moeten aandringen. Wij blijven de mening toegedaan dat G. S. leden, Statenleden, Burgemeesters en Wethouders alsmede ambtenaren bij het vervullen van commissariaten van overheids- en semi-overheidsdiensten en instellingen, geen honoraria toegekend dienen te worden maar uitsluitend een vergoeding van reis- en verblijfskosten.


Wilt U lid worden dan kunt U dit telefonisch of schriftelijk kenbaar maken bij een van de bestuursleden.

De jaarlijkse contributie bedraagt F1. 15,00, (vijftien gulden).
Dit bedrag kunt U overmaken op Rabobank Echt-Maasbracht.
Ten name van: S.O.L. Rekeningnummer: 1.131.94.978.