Provincie | Gedeputeerde
Limburg | Staten
|
|
AAN
De leden van
Provinciale Staten
van Limburg
Hoofdgroep : VMW/SB Behandeld: H. Cornelissen
Faxnr. : (043) 3897643 Doorkiesnr.: (043) 3897533
Ons kenmerk: 96/58618V Uw kenmerk: -
Bijlage(n) : 1 Maastricht: 10 december 1996
Onderwerp:
Antwoord van gedeputeerde staten op schriftelijke vragen krachtens artikel 21 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van provinciale staten.
van het lid : Meerten-Schoenmakers en Stelzner-Boosten.
Fractie: Unie 55+.
Inzake: N.V. Aqua Terra
De betreffende vragen zijn als bijlage bijgevoegd. In antwoord hierop delen wij U het volgende mede.
De legale oorsprong van de gelden, die Aqua Terra destijds heeft Ingezet dit evt. een en ander in mogelijke relatie met "witwas-operaties" van zwartgeld of drugsgeld beantwoord U met "Ja". In zoverre zijn wij tevreden met Uw antwoord. Gaarne zouden wij van uw College vernemen of U dit met feiten kunt staven?
Zo ja, gaarne die gegevens dat wij eveneens overtuigd zijn van de legitieme oorsprong. De garantiestelling van de Bank Mees en Hope is voor ons op dit moment met de huidige gegevens niet meer dan "een briefje zo maar". Dit briefje geeft geen uitsluitsel over de legitieme herkomst van gelden (de lieve som van zes en een half miljoen gulden).
In onze beantwoording d.d. 12 maart 1996 van door U over dit onderwerp gestelde vragen hebben wij U het volgende medegedeeld "N.V. Aqua Terra is opgericht met het doel het Maasplassengebied van de Provincie te verwerven en te exploiteren".
"Naast eigen onderzoek naar de achtergronden van de deelnemers in de N.V., is de notariële akte, waarbij de N.V. werd opgericht", onderzocht door de Kamer van Koophandel voor Midden-Limburg en door "de notaris ter toetsing en goedkeuring voorgelegd aan het Ministerie van Justitie". Deze onderzoeken vormden voor de Provincie voldoende waarborgen om "te mogen aannemen, dat de N.V. haar vermogen legaal heeft verkregen".
In Uw antwoord gaat uw College er niet op in dat Aqua Terra heeft verzuimd zich tijdig te laten inschrijven bij de onderhavige Kamer van Koophandel. Ik ga ervan uit dat uw College van deze gang van zaken op de hoogte was. Het zou immers hemelschreiend zijn wanneer het verantwoordelijke College op dat tijdstip in zee was gegaan met een illegale
onderneming. Enkele feiten.
Op 7 januari 1986 is Aqua Terra opgericht. De Maasplassen zijn op 13 maart 1986 door de Provincie aan Aqua Terra verkocht. We praten over 1 september 1987 wanneer Aqua Terra wordt ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Dit is ongeveer 1 jaar en negen maanden later dan het toegestane criterium.
Tijdens deze periode, gelegen tussen 13 maart 1986 en 1 september 1987, heeft Aqua Terra aan- en verkopen verricht. welke bestuurlijke ondoordachtheid van het verantwoordelijke College ligt er aan ten grondslag dat tijdens deze transacties niet is Ingegrepen. Mogen wij veronderstellen, dat het verantwoordelijke College onzorgvuldig heeft gehandeld in de periode gelegen tussen 13 maart 1986 en 1 september 1987 7
Blijkens informatie van de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Maastricht werd N.V. Aqua Terra bij deze Kamer ingeschreven op 6 februari 1986 onder nummer 24.766. Deze inschrijving is gepubliceerd in de Nederlandse Staatscourant nr. 44 van 4 maart 1986.
Denkt het huidige College dat het nemen van passende maatregelen noodzakelijk is, of acht U dit in bestuurlijk opzicht een onbeduidend incident ?
Zie het antwoord op vraag 2.
U stelt verder dat er in de periode van 12 maart 1986 tot deelhouders 12 maart 1989 zich geen huidige of voormalige aan provincie bestuurders bevinden. Wie waren van 12 maart 1986 tot 12 maart 1989 de aandeelhouders van Aqua Terra ?
De namen van deze aandeelhouders moeten bij U bekend zijn, immers in de officiële verkoopakte in bewaring genomen op 13 maart 1986, onder nummer 3827 staat : "Het besluit van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders der vennootschap genomen in haar vergadering van negen januari negentienhonderdzesentachtig.
In onze beantwoording d.d. 12 maart 1996 van door U over dit onderwerp gestelde vragen hebben wij U het volgende medegedeeld "Blijkens de oprichtingsakte van N.V. Aqua Terra N.V. waren de "oorspronkelijke aandeelhouders van N.V. Aqua Terra, die zich ook "schriftelijk jegens de Provincie hebben verplicht hun aandelen tot "12 maart 1989 niet zonder voorafgaand overleg met en instemming van "de Provincie te verkopen : Bouw- en Handelsonderneming H. Baggen "B.V. te Munstergeleen (20%), Exploitatie en Beheer Wyckerveste B.V. "te Maastricht (20%), de heer ir. J.A. Haverhals te Warnham "(Engeland) (30*) en Lanera Ltd. Inc. te Panama (30%)".
In Statenstuk E 182 d.d. 1986 gaf het toenmalige College van Gedeputeerde Staten, de leden van Provinciale Staten ter kennisname inzage in het financiële belang van Lanera te Zug Zwitserland in N.V. Aqua Terra. Uw antwoord is conform bovenstaand genoemd College beweert. Wat blijkt echter thans, Lanera Ltd. Inc. is een instelling geregistreerd te Panama. Kunt U aangeven of Lanera, "huppel de pup vestiging" wat voor onderneming dan ook mag worden beschouwd als een legitieme partner voor de Provincie ? Vervolgens willen wij de aandeelhouders kennen en zeer zeker die van Lanera "huppel de pup vestiging" die 30% van de aandelen van Aqua Terra in bezit had van 12 maart 1986 tot 12 maart 1989 ?
Zoals het toenmalige College van G.S. reeds aan de Staten heeft medegedeeld, was Lanera Ltd. Inc. te Panama (met een postadres te Zug - Zwitserland) in 1986 voor 100% eigendom van de heer Haverhals. Om hem moverende redenen heeft de heer Haverhals in 1986 een deel van de aandelen van N.V. Aqua Terra bij dit bedrijf ondergebracht. Voor verdere informatie hierover verwijzen wij U naar Statenstuk E-210 d.d. 27 oktober 1987.
Gedeputeerde Staten van Limburg,
mr. B.J.M. baron van Voorst tot Voorst, voor
mr. H.W.M. Oppenhuis de Jong, griffier
Svp bij beantwoording Bezoekadres: Postadres: bankrekening ING
datum en nummer Limburglaan 10 Postbus 5700 67.94.11.372
vermelden Maastricht 6202 MA postrekening
Randwycktel. (043) 3899999 991060741
(043) 3618099 fax