- Is het de minister van Onderwijs zich bewust dat hij, met een beleid van
privatisering van de studiefinanciering, niet alleen de toegankelijkheid
van het onderwijs inperkt, maar dat hij daarmee ook meewerkt aan een
verdommingspolitiek om triviale financiële redenen?
- Hoe schat de minister over een tiental jaren de positie van
ons land in - ook gezien het opleidingsniveau in rest van de wereld - wat
betreft de concurrentiepositie van het Nederlandse bedrijfsleven?
- Wenst de minister mee te werken aan de conversie van de staatsschuld
naar particuliere schuld door de privatisering van het onderwijs, door eigen
bijdragen, verlaging van de studiebeurzen en bekorting van de opleidingen?
(Hiermee wordt bedoeld het omleiden van de door de staat gefinancierde
uitgaven voor onderwijs, naar door particuliere banken gefinancierd onderwijs.)
- Is met de privatisering van het onderwijs de toegankelijkheid niet
ernstig bedreigd, waardoor werkloosheid, verpaupering en criminaliteit
ontstaan? En als dat zo blijkt te zijn, waar zijn we dan mee bezig?
- Indien dit met ja beantwoord moet worden, kan en mag de regering een
dergelijk verschijnsel gewoon accepteren, of zelfs stimuleren vanuit een
ideologie van marktwerking?
- Is een beleidsmatig gecreëerde tweedeling niet is strijd met de
grondwet?
R.M. Brockhus
Westkade 227
1273 RJ Huizen
035-5244141
|