Vragen aan het Nederlandse Parlement
Door R.M. Brockhus
- Is het parlement op de hoogte van de globale rijkdom in ons land;
met name het spaarvermogen en intrinsiek vermogen in totaliteit?
- Is bij de Kamer dan ook bekend hoe groot de waarde is van de diverse
onderdelen van het belegde vermogen? Bedoeld worden: grond, geld, opstallen
en inboedel.
- Is bij het parlement bekend hoe groot het totale bedrag aan schulden
is, opgesplitst in overheidsschuld, particuliere schuld, bedrijfsschuld en
buitenlandse schuld? Zoals onder andere de lopende rekeningen, saldi bij het
IMF en bij de EEG in Brussel?
- Indien zowel bedrijfsmatig als sociaal-economisch vastgesteld kan
worden dat de rijkdom weliswaar groot is, maar deze helaas wat slecht verdeeld
is, welke beleidsmaatregelen wil de Kamer dan nemen om die rijkdom wat
evenwichtiger te verdelen? Met name het inkomensaspect uit vermogen is
daarbij van belang.
- Is het aanvaardbaar dat honderdduizenden gezinnen op of onder de
armoedegrens leven, terwijl de financiële instellingen met de aanwas
van kapitaal nauwelijks nog raad weten?
- Is het pleidooi van de werkgevers om het minimumloon af te schaffen
geen anachronisme, wanneer bij monde van de scheidend voorzitter van VNO-NCW,
de heer Rinnooy Kan, voor de TROS-radio doodleuk verklaard wordt dat slechts
een fractie van de werknemers een inkomen verdient dat rond het minimumloon
ligt? Is het niet onzinnig iets af te schaffen dat in de praktijk niet wordt
gehanteerd, en dan met het argument te komen dat zoiets werkgelegenheid zou
genereren? Dit lijkt een duidelijk geval van 'contradictio in terminis'. De
werkelijke reden ligt logischerwijze ergens anders. Maar waar?
- De heer Rinnooy Kan stelde daarnaast ook nog, dat sommigen - meestal
werklozen - een zodanig lage productiviteit hebben, dat ze hun eigen kosten
niet kunnen terugverdienen voor de werkgever. Zijn argument is niet valide,
vanwege het feit dat het arbeidsaanbod voor bepaald werk te overvloedig is,
zodat de biedprijs van werkgevers in een vrije markt automatisch laag ligt.
Was er voor het voorzitterschap van VNO-NCW eveneens een vrije markt, dan had
de heer Rinnooy Kan ongetwijfeld een Melkertbaan; en kan dan terecht de
conclusie getrokken worden dat zijn productiviteit niet voldoende is. Waar
meet je die productiviteit aan af? Aan wat iemand 'doet' of aan wat hij/zij
er voor betaald krijgt? Zijn journalisten 'productief'? Zijn schrijvers,
kunstenaars, zangers, acteurs en politici productief, ook al worden die
laatsten riant betaald? En de vrijwilligers dan die niet betaald krijgen,
maar wel allerlei zorgtaken uitvoeren, zijn die 'productief' of slechts bezig
met een egocentristische bezigheids- of arbeidstherapie? Wanneer gaat het
parlement de maatschappelijke dienstbaarheid van de mens integreren in het
economisch proces?
Gaarne uw antwoorden via Internet
R.M. Brockhus
Westkade 227
1273 RJ Huizen
035-5244141
P.s.:
Hoe rijk is ons land met bezit in het buitenland? De Nederlandsche Bank liet eindelijk iets zien.
|