GroenLinks zal heel wat van haar onrealistische standpunten overboord moeten zetten, wil zij kunnen meeregeren, houdt Rick vd Ploeg voor aan Lolle Nauta en Rudi van den Hoofdakker
Wordt het sociaal-democratische gedachtegoed beter beheerd door GroenLinks? Dat vragen Lolle Nauta en Rudi van den Hoofdakker zich af in Forum van 27 april. Laat ik voorop stellen dat ik GroenLinks als bondgenoot zie in de strijd tegen rechtse prietpraat van de VVD op het terrein van inkomensverdeling, milieu, asielzoekers en Europa.
De discussie tussen GroenLinks en de PvdA gaat over de haalbaarheid van deze idealen of over de beste manier om deze linkse idealen te verwezenlijken. De PvdA doet dit door te investeren in het gezond maken van de overheidsfinanciën, het sterker maken van de economie en het voeren van een stevig sociaal beleid. Het beleid van GroenLinks is wellicht sociaal op korte termijn, maar op lange termijn wordt de economie afgeknepen en moet er keihard worden bezuinigd op collectieve voorzieningen. De PvdA investeert liever in een duurzaam sociaal beleid. Laat ik dit aan de hand van drie punten illustreren.
Ten eerste: GroenLinks financiert haar plannen op de pof en laat als enige partij het financieringstekort van de overheid oplopen. Jongeren van nu draaien in de toekomst op voor de hogere belastingen die nodig zijn om de rente en aflossing op de oplopende staatsschuld te voldoen. Onder Kok is het EMU-tekort gedaald van 4,0 naar 1,6 procent van het BBP. Het tekort moet nog verder naar beneden, zeker nu de hoogconjunctuur aanhoudt. Nederland vergrijst immers in rap tempo en de kosten van de AOW en de gezondheidszorg zullen de komende jaren stijgen. Daarom kiest de PvdA voor verdere tekortreductie en vorming van een AOW-fonds om de financiering van de zorg en de AOW ook in de toekomst veilig te stellen. GroenLinks doet precies het omgekeerde.
Ten tweede: Nederlanders willen niet dat hun spaar- en pensioentegoeden worden uitgehold door inflatie. De nieuwe Europese munt, de euro, moet daarom minstens net zo sterk zijn als de gulden. Daarom hecht de PvdA aan een solide begrotings- en monetair beleid. GroenLinks wil dat niet. Zo pleit kandidaat-Kamerlid Kees Vendrik zelfs voor meer inflatie in Europa om zo de hoge Europese werkloosheid op te lossen. Dat is een achterbakse manier om de vakbonden te belazeren, omdat daarmee CAO's worden uitgehold. Het resultaat is inflatie zonder duurzame banengroei. Veel beter is dat sociale partners elkaar recht in de ogen kijker): vakbonden zeggen loonmatiging toe en in ruil zeggen werkgevers korter werken, kinderopvang en scholing toe. Het 'poldersucces' uit zich in een sterke gulden, solide overheidsfinanciën en spectaculaire banengroei (meer dan 500.000 onder het kabinet-Kok).
Ten derde: de hoofdpijler van het werkgelegenheidsprogramma van GroenLinks is een verplichte, van bovenaf opgelegde verkorting van de werkweek naar 32 uur met verplichte inlevering van loon. Hoewel de zorg en het onderwijs worden uitgezonderd, zitten een hoop werknemers met een bescheiden inkomen niet te wachten op een korting van hun nettoloon met 11 procent.
In veel sectoren, zoals de politie, zal de werkdruk toenemen. Het is immers volstrekt onlogisch dat de 100 procent herbezetting daadwerkelijk zal worden gehaald. De PvdA wil juist dat vooral de lager betaalde werknemers er fors op vooruit gaan. Werken moet lonen. Daarnaast investeert de PvdA in kinderopvang, zodat meer mensen zorg- en arbeidstaken kunnen combineren. GroenLinks maakt de huidige krapte op de arbeidsmarkt en de vergrijzingsproblematiek alleen maar erger.
Alleen door te investeren in een sterke, kennisintensieve en milieuvriendelijke economie kan een sociaal beleid veilig worden gesteld. Als het goed gaat met de economie, hebben we een morele verplichting meer te doen aan de koopkracht van de laagste inkomens, het milieu en ontwikkelingssamenwerking. GroenLinks negeert deze les. Het Centraal Planbureau constateert dat GroenLinks na 2002 zelfs krimp van de economie veroorzaakt. GroenLinks bezuinigt nu al fors op bijvoorbeeld veiligheid (politiematerieel en cellen) en humanitaire vredesoperaties.
In de toekomst zal GroenLinks nog meer moeten bezuinigen en wordt de ruimte voor sociaal beleid helemaal verkwanseld. Met een sterke economie is er meer ruimte voor milieu-investeringen. GroenLinks is echter genoodzaakt draconische maatregelen te nemen: verhoging van de benzineprijs tot meer dan 3 gulden per liter (ook als de buurlanden niet meedoen) en invoering van de autoloze zondag. GroenLinks zal heel wat van haar onrealistische standpunten moeten inleveren voordat ze aan de regeringstafel kan plaatsnemen.