Wie nog denkt dat wij in een vrij en democratisch land wonen, loopt met oogkleppen op !!

In een rechtsstaat heeft een ieder recht op toegang tot een onpartijdige rechter

IRM . . Antecedenten juristen . . EU Grondwet <===> SDN . . Klokkenluider . . Rechter aanprakelijk

WMO-analyse over het aanspraak kunnen maken op voorzieningen in de WMO

Het nieuwe Nederlandse zorgverzekeringstelsel blijkt in strijd te zijn met de Europese wetgeving. Het direct of indirect met staatssteun financieren van verzekeraars is per definitie niet toegestaan. Zie het interview dat Bram Snoek gaf aan de redactie van de Sociale Databank Nederland. Een kopie van het interview op cd-rom is toegestuurd aan de Europese Commissie. ( Klik op de foto )

Herstructurering Sociale Zekerheid in Nederland


Over het aanspraak kunnen maken op voorzieningen in de WMO

WMO-analyse

Het van te voren gestelde

Dat mensen aanspraak kunnen maken op voorzieningen in de WMO is een zaak, maar dat het geen recht is een andere. De Nederlandse grondwet stelt dat de volksgezondheid een aanhoudende zorg van de overheid is. Deze aanhoudende zorg legt de overheid de zorgverplichting op ten behoeve van het volk. Het volk heeft dus vanuit de Nederlandse grondwet recht op zorg en niet slechts een aanspraak die geen rechtszekerheid geeft. Daar verandert ondergeschikte wetgeving niets aan.

Conclusie

De WMO is in strijd met de Nederlandse grondwet.

Na deze conclusie is de vraag wat nu wel?

De WMO zoals hij nu tot ons komt is ook nog eens veel te moeilijk uitvoerbaar, ook voor de grote steden die toch wel behoorlijk wat deskundige ambtenaren hebben.

Hoe komt dit nu?
De WMO is enerzijds te uitgebreid, er moet dus te veel, en anderzijds is zij niet specifiek genoeg waardoor de gemeenten van alles mogen en kunnen invullen, waardoor die zelfde gemeenten er mee worstelen. De aanspraken, rechten en de cliëntenparticipatie zijn niet goed vastgelegd en/of is bewust niet goed geregeld, ambtelijke of politieke onwil dus. Dat kan zo niet. De gemeenten beginnen ergens halverwege het verhaal. Dat is dat zij beginnen bij de prestatievelden en die dan proberen in te vullen. En dan maar zien wat er van komt. De oude prestatievelden zijn de uitvoering van de WvG, de AWBZ, de Welzijnswet, en daar hoort het Grote Steden Beleid bij, dat laatste is nu vergeten.

Wat is de fout?
De fout is dat er teveel oude wetgeving en beleid bij elkaar is gevoegd tot één nieuwe, de WMO. Het is net zo'n grabbelton geworden als de Europese Grondwet.

De analyse en oplossingen

De WvG en de AWBZ kunnen samen gevoegd worden tot een nieuwe zorgwet, omdat ze logisch bij elkaar horen. Zij zijn de invulling van de grondwettelijke zorgverplichting. Om van de problemen van rechtsongelijkheid en slechte uitvoering op plaatselijk niveau af te komen, in de WvG, moet die nieuwe wet landelijk worden uitgevoerd en niet meer plaatselijk. Het woongebeuren in de AWBZ moet wel lokaal geregeld worden, maar met controle van bovenaf door de staat of de provincie.

Deze oplossingen houden ook automatisch in dat er een ondemocratisch knelpunt wordt ondervangen, te weten dat er geen verplichte cliënten-participatie is binnen de WMO. Binnen de samenvoeging van de WVG en de AWBZ is dat juist wel veilig gesteld op grond van de oude wetgeving. De cliëntenraden van WvG en AWBZ kunnen dan ineen geschoven worden.

Het GSB-beleid moet in de Welzijnswet geïntegreerd worden!
De Welzijnswet heeft ook overlappingen met het Grote Steden Beleid. Dat is dubbelwerk en dat moet er dus uit. Daar valt direct te bezuinigen. Dit is wel een stuk vernieuwende wetgeving dat wel lokaal moet worden uitgevoerd.

Cliëntenparticipatie is het deelnemen, participeren van cliënten, de natuurlijke personen en niet de kunstmatige rechtspersonen. Het combineren van deze cliëntenparticipatie met die van de niet goed geregelde WWB is teveel van het goede en vraagt ook te veel deskundigheid. Dat wordt niets en moet dus gescheiden blijven.

De WMO spreekt over burgerparticipatie, maar het zijn geen in het wild los lopende burgers, de natuurlijke personen, maar vertegenwoordigers van organisaties, zoals b.v. de woningbouwcorporaties, de kunstmatige rechts-personen. Die zaken moeten dus gescheiden blijven.

Er moet en landelijke overkoepelende wet, eventueel een initiatiefwet, komen die de cliëntenparticipatie van nu op alle terreinen en van alle wetten vervangt en duidelijk regelt. Dat horen mensen te doen die uit b.v. de WWB komen, of de WAO en die dan voor vier jaren een gesubsidieerde baan hebben en zo onderwijl ook ervaring op doen voor de arbeidsmarkt. Het arbeidsrecht hoort daarbij goed geregeld te zijn.

De inspraak bij de beleidsvoorbereiding van cliënten en organisaties is niet vastgelegd in de WMO, maar dat moet wel in het kader van de dualiseringswetgeving om de gemeenteraden juist in het vroegste stadium te kunnen en moeten adviseren, zodat er ook een juist beleidskader kan worden vastgesteld door de gemeenteraden. De gemeenteraden kunnen niet zonder deze adviezen uit de echte wereld.

Bij zowel de participatie van natuurlijke cliënten als van onnatuurlijke rechtspersonen horen de deelnemers direct betrokkenen te zijn en horen niet direct betrokkenen van participatie te worden uitgesloten. Zoals het nu in de WMO voorligt zijn de burgerparticipanten juist niet de natuurlijke cliënten.

Mantelzorg

Het mantelzorgverhaal van de regering is een onrealistisch verhaal. Dat moet er dus uit. Het strookt ook niet met het overige beleid van vooral eerst betaald werk en mobiliteit en voor het werk elders gaan wonen, de kinderen dus (ver) weg bij de ouders vandaan. Het staat ook haaks op de individualisering in de samenleving. Wat willen al die regeringen nou eigenlijk? De ene regering brult dus maar wat en de andere ook? Arm volk!

Gedwongen mantelzorg is geen mantelzorg, omdat echte mantelzorg vrijwillig meefibreren met de naaste is.

Gedwongen mantelzorg is eigenlijk een vorm van sociale dienstplicht. Dat is niet automatisch verkeerd, maar regel dat dan ook in een aparte wet als sociale dienstplicht, voor vier jaren bijvoorbeeld om allerlei maat-schappelijke ervaring op te doen voor de jeugd, voordat men de echte arbeidsmarkt op gaat, ter voorbereiding dus. Dat kan ook in een cliëntenraad zijn. Bij deze vorm van mantelzorg hoort ook een goede verzekering en rechtsbescherming, immers het gerechtshof van Arnhem heeft dit voorjaar uitgesproken dat een vrijwilliger een flexwerker is en dus valt die onder de flexwet en dus onder de arbowet.

Een slecht voorbeeld moet je niet volgen. In Zweden is de WMO na tien jaar ervaring op een fiasco uitgedraaid.

Door Bram Snoek