Beroepschrift tegen besluit mobiele houtshredderinstallaties
van Gedeputeerde Staten van Noord Brabant voor de Raad van State


Stg. Grondvest . . . . . SDN <====> Milieu . . . . Bellamy Stg.

Gedeputeerde Staten beschouwen bouw- en sloopafval niet als gevaarlijk afval

Ing. A.M.L. van Rooij

Milieu- en Veiligheidskundige

Henry George (1839-1897): De Aarde behoort toe aan alle levende wezens

                        AANTEKENEN

                        met ontvangstbevestiging
't Achterom 9a          Sint Oedenrode
5491 XD                 datum: 24 februari 1998
Sint Oedenrode
Tel. 0413-490387        Tevens (excl. bijlagen)
Fax. 0413-490386        per Fax 070-3651380
                        Op 24 februari 1998

Uw nummer: H01.96.0873
Mijn kenmerk: Prob/24028/B


Betreft:

    Beroepschrift tegen het besluit mobiele houtshredderinstallaties van 22 december 1997 (kenmerk: 477310/477341 e.a.) van Gedeputeerde Staten van Noord Brabant.


Aan:

    Raad van State
    Afdeling Bestuursrechtspraak
    Postbus 20019
    2500 EA 's-Gravenhage


    Geacht College,

Uit de bijgevoegde bekendmaking van de provincie Noord Brabant (bijlage A) blijkt dat het in geding zijnde besluit vanaf 12 januari 1998 j.l. ter inzage is gelegd. De beroepstermijn loopt derhalve tot en met 28 februari a.s. Hierbij teken ik beroep aan tegen bijgevoegd besluit mobiele houtshredderinstallaties van 22 december 1997, kenmerk: 477310/477341 e.a. (bijlage B) en wel op grond van de volgende motivatie:

Motivatie beroep

In beginsel zijn mijn beroepsgronden gelijk aan de eerder bij brief van 20 augustus 1997 bij Gedeputeerde Staten ingediende bedenkingen. Van dat bedenkingenschrift is voor U een kopie bijgevoegd (Bijlage C). De inhoud daarvan dient U hier als herhaald en ingelast te beschouwen. Met de volgende reacties op de door mij ingebrachte bedenkingen kan ik mij niet verenigen.

    1e reactie waarmee ik mij niet kan verenigen.

Gedeputeerde Staten schrijven in hun bestreden besluit dat met (arseen- en/of chroom VI) gewolmaniseerd hout dat vrijkomt als bouw- en sloopafval (categorie BSA) niet als gevaarlijk afval moet worden beschouwd, maar moet worden gezien als normaal bedrijfsafval.

Hiermee kan ik mij niet verenigen.

Bijgevoegd vindt U mijn bezwaarschrift, inclusief bijlagen van 7 september 1997 (kenmerk VRO/07097) op het ontwerpbesluit Aanwijzing Gevaarlijke Afvalstoffen welke staat gepubliceerd op blz. 8, 9 en 12 in Staatscourant 153 van 13 augustus 1997 (Bijlage D).

Om U te overtuigen dat de minister van VROM mijn bezwaarschrift op tijd heeft ontvangen heb ik van betreffend aangetekend stuk het verzendbewijs en retourkaart bijgevoegd (bijlage E).

Tot op heden heeft de minister van VROM nog geen enkele reactie gegeven op mijn bovengenoemd bezwaarschrift. Hiermede is vast komen te staan dat aan het Besluit Aanwijzing Gevaarlijke Afvalstoffen juridisch geen enkele waarde kan worden toegekend.

Uit de inhoud van betreffend bezwaarschrift kunt U opmaken dat met arseen en chroom VI geïmpregneerd hout dat in de afvalfase is geraakt, waaronder gewolmaniseerd bouw- en sloopafval, op grond van o.a. de richtlijnen 78/319/EEG en 91/689/EEG te allen tijde als gevaarlijk afval moet worden ingezameld en moet worden verwerkt. Ook voormalig minister van VROM de heer H. Alders is deze mening toegedaan. Voor bewijslast verwijs ik U naar zijn brief van 21 januari 1991 (kenmerk: SR/29N0274) aan R. Poppe van de Socialistische Partij (is bijgevoegd).

Ook de Tweede Kamer der Staten Generaal is deze mening toegedaan. Voor bewijslast zie:

  • De op 2 augustus 1996 gestelde vragen van Tweede Kamerlid Hendriks aan de minister van Justitie, VROM en VWS (is bijgevoegd).
  • De op 19 november 1996 aangenomen Tweede Kamer motie 25000 XI, nr. 25 van het lid M.B. Vos c.s. (is bijgevoegd).

Hiermede is vast komen te staan dat met arseen en/of chroom VI gewolmaniseerd houtafval te allen tijde (ook als bouw- en sloopafval) moet worden ingezameld en verwerkt als gevaarlijk afval.

    2e reactie waarmee ik mij niet kan verenigen.

Gedeputeerde Staten schrijven in hun bestreden besluit dat in gewolmaniseerd hout zeer hoge concentraties aan arseen en chroom voorkomen en dat een verdere diffuse verspreiding van deze stoffen in het milieu zeer ongewenst is.

Om die reden hebben Gedeputeerde Staten in voorschrift 6.1.2 opgenomen dat gewolmaniseerd hout en overig geïmpregneerd hout niet mag worden geshredderd, maar dient te worden afgevoerd naar een daartoe adequaat uitgeruste Wm-inrichting.

Vanwege het feit:

  • dat overgeschilderd gewolmaniseerd hout, dat vrijkomt als bouw- en sloopafval, visueel niet te onderscheiden is van overgeschilderd zuiver hout.
  • dat overgeschilderd overig geïmpregneerd hout, dat vrijkomt als bouw- en sloopafval, visueel niet te onderscheiden is van overgeschilderd zuiver hout.
  • dat grijs verweerd gewolmaniseerd hout, dat vrijkomt als bouw- en sloopafval, visueel niet te onderscheiden is van grijs verweerd zuiver hout.
  • dat met pentachloorfenol geïmpregneerd hout even blank is als zuiver hout en derhalve als bouw- en sloopafval visueel niet te onderscheiden is.
  • dat met bifluoride geïmpregneerd hout even blank is als zuiver hout en derhalve als bouw- en sloopafval visueel niet te onderscheiden is.
  • etc.etc.

betekent dat voorschift 6.1.2. niet handhaafbaar is. Voorschriften moeten handhaafbaar zijn, anders kan er niet op gecontroleerd worden. Op grond van vorenstaande dient het voorschrift 6.1.2 als volgt te worden aangepast:

6.1.2 Nagenoeg als het hout dat vrijkomt als bouw- en sloopafval bevat een zodanige grote hoeveelheid niet herkenbaar gewolmaniseerd en overig geïmpregneerd hout, dat het te allen tijde moet worden ingezameld en verwerkt als gevaarlijk afval door een daartoe adequaat uitgeruste Wm-inrichting.

Ik richt aan U het nadrukkelijke verzoek om het bestreden besluit op grond van mijn bovengenoemd tweetal reacties te vernietigen. Uit de inhoud van mijn bij brief van 20 augustus 1997 bij Gedeputeerde Staten ingediende bedenkingen (bijlage C) kunt U opmaken dat als gevolg van het shredderen van met arseen, chroom VI, pentachloorfenol, bifluoriden etc.etc. geïmpregneerd bouw- en sloopafval jaarlijks zo'n 300.000 kg. arseenzuur, 700.000 kg. chroomtrioxide en enorme hoeveelheden pentachloorfenol, bifluoriden, etc, etc. diffuus in de compartimenten water, bodem en lucht worden gebracht. Arseenzuur en chroomtrioxide betreffen de meest gevaarlijke niet afbreekbare kankerverwekkende stoffen, die niet alleen kanker veroorzaken en onvruchtbaarheid bevorderen maar ook ons nageslacht verminken en erfelijk schaden.

Arseen is een "zwarte lijststof" voor water, bodem en lucht. Chroomtrioxide (chroom VI) is een "zwarte lijststof" voor lucht. Pentachloorfenol is een "zwarte lijststof" voor water. Zwarte lijststoffen zijn zo gevaarlijk voor ons leefmilieu dat zij veelal in internationaal verband via een maximaal brongerichte aanpak met de best bestaande techniek uit de compartimenten water, bodem en lucht moeten worden geweerd.

Ter voorkoming van een verdere diffuse vergiftiging van de compartimenten water, bodem en lucht met enorme hoeveelheden zwarte lijststoffen, richt ik aan U het nadrukkelijke verzoek Gedeputeerde Staten in een aanzegging te verplichten al het houtafval dat vrijkomt als bouw- en sloopafval te laten verwijderen en verwerken als gevaarlijk afval, onder oplegging van een dwangsom van f. 100.000,- per dag vanaf het moment van Uw uitspraak bij het in gebreke blijven daarvan.

Alvorens te beslissen verzoek ik U mij in ieder geval te horen en de hoorzitting af te stemmen met mijn drukke agenda. Tevens verzoek ik U Gedeputeerde Staten op grond van artikel 8.73 Awb te veroordelen tot alle geleden materiële en immateriële schade. Ook verzoek ik U Gedeputeerde Staten te veroordelen in de kosten overeenkomstig artikel 8:74 en 8:75 Awb.

Mij is al ruim 10 jaar lang gebleken dat Nederland nagenoeg geheel wordt bestuurd door "collusionisten" en dat als gevolg daarvan nagenoeg alles diffuus wordt vergiftigd met de meest gevaarlijke niet afbreekbare kankerverwekkende stoffen, die niet alleen kanker veroorzaken en onvruchtbaarheid bevorderen, maar ook ons nageslacht verminken en erfelijk schaden. Aan deze meest ernstige vorm van milieucriminaliteit dient maximale openbaarheid te worden gegeven. Om die reden heb ik dit beroepschrift laten registreren bij de Stichting Sociale Databank Nederland op site adres: http://www.sdnl.nl/milieu31.htm

Vertrouwende op een spoedige behandeling van dit beroepschrift, teken ik,


Hoogachtend,

    Ing. A.M.L. van Rooij

    Milieu- en Veiligheidskundige



C.c.

  • tr. R. Brockhus, St. Sociale Databank Nederland, Westkade 227, 1273 RJ Huizen.


Bijlagen:

  1. Bekendmaking "vergunning mobiele houtshredderinstallaties" in Brabants Dagblad (1 pagina)
  2. Besluit mobiele houtshredderinstallaties van 22 december 1997 (kenmerk: 477310/477341 e.a.) van Gedeputeerde Staten van Noord Brabant (23 pagina's)
  3. Mijn bij brief van 20 augustus 1997 ingediende bedenkingen (excl. bijlagen) tegen de ontwerpbesluiten mobiele houtshredderinstallatie van 16 juli 1997 (kenmerk: 451223) van Gedeputeerde Staten van Noord Brabant (7 pagina's).
  4. Mijn bezwaarschrift van 7 september 1997 (kenmerk: VRO/07097) op het ontwerpbesluit Aanwijzing Gevaarlijke Afvalstoffen welke staat gepubliceerd op blz. 8, 9 en 12 in Staatscourant 153 van 13 augustus 1997 (43 pagina's).
  5. Verzendbewijs en retourkaart van mijn bij aangetekende brief verstuurd bezwaarschrift onder punt D (1 pagina).