Bedenkingen tegen mobiele houtshredderinstallatie


Stg. Grondvest . . . . . SDN <====> Milieu . . . . Bellamy Stg.

Verzoek om herziening van uitspraak Awb 97/4206 VV van 5 juni 1997

Aantekenen.

Sint Oedenrode, 26 juli 1997.


Tevens (excl. bijlagen)verstuurd per fax 073-6816371 op 27 juli 1997.


Mijn kenmerk: RBB/26077/VH.

    Betreft: Verzoek om herziening van uitspraak Awb 97/4206 VV van 5 juni 1997 van de President van de Arrondissementsrechtbank te 's-Hertogenbosch, inzake F. v/d Biggelaar t Achterom 5a te Sint Oedenrode.

    Aan: Mr. H.F.M. Hofhuis (persoonlijk)
    President van de Arrondissementsrechtbank, sector Bestuursrecht,
    Postbus 90155, 5200 MG 's-Hertogenbosch.

    Edelachtbare heer Hofhuis,

Hierbij richt ik aan U het verzoek om middels een spoedeisende procedure Uw uitspraak Awb 97/4206 VV van 5 juni 1997 (bijlage 1) te herzien en wel op grond van de volgend motivatie:

Bij uitspraak Awb 97/4206 heeft Mr. M.H. Kobussen, in tegenwoordigheid van de griffier A.M. Kooijmans- de Kort, op 5 juni 1997 in Uw naam uitgesproken dat F. v/d Biggelaar zijn voor "agrarische doeleinden B" bestemde opstal van 16 meter lengte en 10 meter breedte (160 m2) volledig mag gebruiken voor houtverwerkende activiteiten. Dit is op grond van artikel 8 lid C,1 uit het vigerende bestemmingsplan buitengebied wettelijk verboden. Artikel 26 uit betreffend bestemmingsplan buitengebied schrijft namelijk dat overtreding van het bepaalde in artikel 8 lid C,1 wordt aangemerkt als een strafbaar feit als bedoeld in artikel 59 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (bijlage 2).

In artikel 59 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening staat letterlijk de volgende tekst (bijlage 3):

    Overtreding van voorschriften, die deel uitmaken van een bestemmingsplan voorzover die overtreding uitdrukkelijk als strafbaar feit is aangeduid, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste zes maanden of geldboete van de derde categorie.

Ondanks dat wordt door Mr. M.H. Kobussen, die in Uw naam heeft uitgesproken, de bestreden gedoogbeschikking van Burgemeester en Wethouders niet geschorst. U spreekt daarmee uit in strijd met het beleid van het kabinet (minister Sorgdrager van Justitie). Voor bewijslast zie bijgevoegd artikel "kabinet stelt grens aan gedoogbeleid" uit het Eindhovens Dagblad van 2 november 1996 (bijlage 4).

U spreekt daarmee tevens uit dat F. v/d Biggelaar mag doorgaan met het plegen van strafbare feiten. Het zal u duidelijk zijn dat ik op grond van vorenstaande het onbegrijpelijk vind dat Mr. M.H. Kobussen, die in Uw naam heeft uitgesproken, de bestreden gedoogbeschikking van Burgemeester en Wethouders niet heeft geschorst.

Uw uitspraak Awb 97/4206 VV van 5 juni 1997, welke is gebaseerd op opzettelijk valselijk verstrekte informatie van ambtenaar M. van Els (namens B en W), Mevr. v/d Biggelaar -Essens (namens F. v.d. Biggelaar) en Mr. H.G.M. van der Westen, (rechtsbijstand advocaat van F. v/d Biggelaar), vormt de basis van zware georganiseerde misdaad, hetgeen ik hieronder zal beschrijven:

Ten tijde van de hoorzitting op 22 mei 1997 hebben de volgende personen aan Wnd. President Mr. M.H. Kobussen opzettelijk de volgende valselijke informatie verstrekt: Ambtenaar M. van Els (namens B en W) vertelde dat Burgemeester en Wethouders de door F. v/d Biggelaar ingediende melding op grond van het Besluit houtbewerkende bedrijven milieubeheer nog niet hadden geaccepteerd. Zowel Mevr. V/d Biggelaar - Essens (namens F. v/d Biggelaar) alswel Mr. H.G.M. van der Westen (rechtsbijstand advocaat van F. v/d Biggelaar) spraken dat niet tegen.

Bijgevoegd vindt U mijn brief van 22 mei 1997 waarin ik Burgemeester en Wethouders verzoek om mij vóór 25 mei 1997 een schriftelijke gedoogbeschikking te laten toekomen, waarin mij kenbaar wordt gemaakt dat F. v.d. Biggelaar zijn houtbewerkend bedrijf in werking mag hebben en houden zonder een daarvoor vereiste geaccepteerde meldingsbeschikking op grond van het Besluit houtbewerkende bedrijven milieubeheer (bijlage 5).

Mijn verzoek om bestuursdwang van 8 juni 1997 aan Burgemeester en Wethouders (bijlage 6).

Het besluit van 11 juli 1997 (nummer 97.1780) van Burgemeester en Wethouders op mijn bovengenoemde verzoeken (bijlage 7).

Uit die inhoud kunt U opmaken dat Burgemeester en Wethouders mijn bovengenoemde verzoeken bij besluit van 11 juli 1997 hebben afgewezen met de vermelding dat de door F. v.d. Biggelaar ingediende melding op grond van het Besluit houtbewerkende bedrijven milieubeheer door Burgemeester en Wethouders op 18 maart 1997 is geaccepteerd. (bijlage 7).

Ik ben toen bij de gemeente bijbehorend dossier gaan inzien. Daarin zat de op 24 december 1996 ingediende aanvraag van F. v/d Biggelaar met daarop een door de secretaris getekende stempel met de tekst "behoort bij besluit van B en W der gemeente Sint Oedenrode d.d. 18 maart 1997." Voor bewijslast zie bijgevoegd meldingsformulier Besluit houtbewerkende bedrijven milieubeheer (bijlage 8).

Hiermede heb ik de juridisch waterdichte bewijslast dat ten tijde van de hoorzitting op 22 mei 1997 de door F. v/d Biggelaar ingediende melding door Burgemeester en wethouders al ruim 2 maanden daarvoor was geaccepteerd. Hiermede is vast komen te staan dat M. v. Els (namens B en W) U hierover opzettelijk valselijk heeft voorgelicht. Had hij U hierover juist voorgelicht dan had dit tot een andere uitspraak geleid.

Ambtenaar M. van Els (namens B en W) vertelde dat er bij F. v/d Biggelaar, geen sprake is van bedrijfsmatige activiteiten. Dit werd door Mevr. v.d Biggelaar - Essens (namens F. v/d Biggelaar) en Mr. H.G.M. van der Westen (rechtsbijstand advocaat van F. v/d Biggelaar) bevestigd. Nu is vast komen te staan dat Burgemeester en Wethouders de door F. v/d Biggelaar ingediende melding op grond van het Besluit houtbewerkende bedrijven milieubeheer al op 18 maart 1997 hebben geaccepteerd, betekent dat ten tijde van de hoorzitting op 22 mei 1997 het Besluit houtbewerkende bedrijven milieubeheer al van toepassing was op het houtverwerkende bedrijf van F. v/d Biggelaar.

Op grond van artikel 1 uit het Besluit houtbewerkende bedrijven milieubeheer betreft het houtbewerkend bedrijf van F. v/d Biggelaar om die reden "een inrichting die tot een krachtens 1.1 derde lid, van de Wet milieubeheer aangewezen categorie behoort die uitsluitend of in hoofdzaak is bestemd voor het vervaardigen, bewerken, verwerken, behandelen, opslaan of overslaan van hout of dan wel van houten, kurken of houtachtige voorwerpen (bijlage 9)".

Van hobbymatige activiteiten kan om die reden geen sprake zijn. Dat F. v/d Biggelaar ter plaatse van t Achterom 5a bedrijfsmatige houtverwerkende activiteiten voert wordt nog eens bevestigd met het feit betreffend bedrijf onder de handelsnaam "Timmer- en montagewerken v/d Biggelaar" staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder dossiernummer 87487. Voor bewijslast zie bijgevoegd uittreksel van 18-07-1997 van de Kamer van Koophandel (bijlage 10).

Hiermede is vast komen te staan dat M. van Els (namens B en W) U ook hierover opzettelijk valselijk heeft voorgelicht. Had hij U hierover juist voorgelicht dan had dit tot een andere uitspraak geleid. Ambtenaar M. van Els (namens B en W) vertelde dat Burgemeester en Wethouders voornemens zijn op het perceel "t Achterom 5a" in het toekomstige bestemmingsplan buitengebied de bestemming "(burger)woondoeleinden" te leggen. Betreffend bestemmingsplan buitengebied is vanaf maandag 21 juli 1997 voor het algemene publiek te inzage gelegd (bijlage 11).

Uit de ter inzage liggende detailplankaarten kan worden opgemaakt dat het perceel "t Achterom 5a" in zijn geheel niet bestaat. Voor bewijslast zie voorblad en overzicht "kaartindeling woondoeleinden" uit het ter inzage liggende rapport van juli 1997, nummer XD.7081.642.2182. (bijlage 12). Hiermede is vast komen te staan dat M. van Els (namens B en W) U ook hierover opzettelijk valselijk heeft voorgelicht. Had hij U hierover juist voorgelicht dan had dit tot een andere uitspraak geleid.

Zeer zware georganiseerde misdaad is de reden waarom M. van Els (namens B en W) U opzettelijk van A tot Z valselijk heeft voorgelicht, hetgeen ik hieronder zal onderbouwen: Bijgevoegd vindt U het voorblad en blz. 58 (artikel 21) uit het toekomstige bestemmingsplan buitengebied van juli 1997, rapport nr. X1.7081.642.2182. (bijlage 13).

Onder artikel 21 lid 2 van de overgangsbepalingen staat letterlijk de volgende tekst:

    "Het gebruik van gronden anders dan voor bebouwing alsmede gebruik van zich op die gronden bevindende bouwwerken, dat in strijd is met het in artikel 22 bepaalde en dat reeds plaatsvond vóór de datum, waarop het plan rechtskracht heeft verkregen, mag worden voortgezet".

Met de op 18 maart 1997 door burgemeester en Wethouders geaccepteerde melding op grond van het Besluit houtbewerkende bedrijven milieubeheer op t perceel "t Achterom 5a" waarop niet de grenzen van het terrein van de inrichting staan aangegeven en met de inschrijving van betreffend houtbewerkend bedrijf op het adres "t Achterom 5a" bij de Kamer van Koophandel onder dossiernummer 87487, heeft F. v/d Biggelaar het juridisch waterdichte bewijs in handen dat betreffend gebruik vóór de datum, waarop het nieuw bestemmingsplan rechtskracht heeft gekregen, aanwezig was.

Op grond van artikel 21 lid 2 uit het nieuwe bestemmingsplan buiten gebied heeft F. v/d Biggelaar daarmee gelegaliseerd: dat hij op het adres t Achterom 5a in ons kritische Dommeldalgebied een nieuwe bedrijfswoning mag bouwen. Hiermede wordt F. v/d Biggelaar in een klap een bedrijfswoning en daarmee zo'n f. 500.000,- rijker.

dat hij op al zijn aanliggende grond van ca. 2 hectare een houtbewerkend bedrijf mag bezigen van een onbeperkt (elektrisch) vermogen. Dit vanwege het feit F. v/d Biggelaar in zijn op 18 maart 1997 door Burgemeester en Wethouders geaccepteerde melding niet het vermogen van zijn houtbewerkende machines en niet de terreingrenzen van zijn bedrijf heeft behoeven op te geven. Dit betekent dat F. v.d. Biggelaar als zodanig daarmee zijn aanliggende agrarische grond van zo'n 2 hectare à f. 5,- per m2 heeft omgezet in zo'n 2 hectare industriegrond à f.200,- per m2 . Dit alles in ons kritische Dommeldalgebied. Hiermede wordt F. v.d. Biggelaar in een klap zo'n f.4.000.000,- rijker.

Op grond van vorenstaande kan worden opgemaakt dat M. van Els (namens B en W) U op 22 mei 1997 (tijdens de hoorzitting) opzettelijk van A tot Z valselijk heeft voorgelicht met als doel F. v/d Biggelaar daarmee zo'n 4,5 miljoen gulden te verrijken. Het zal U duidelijk zijn dat hier sprake is van zware georganiseerde misdaad. Dit wordt nog eens bevestigd met het gegeven dat F. v/d Biggelaar op 11 mei 1996 heeft gepoogd om mij opzettelijk dood te rijden. Voor bewijslast, zie bijgevoegd proces-verbaal van aangifte van de regiopolitie Brabant Noord van 11 mei 1997, mutatienr. Pl 2120/96-629723 (bijlage 14).

Uit vorenstaande kunt U opmaken dat zware georganiseerde misdaad, vanuit met name Burgemeester en Wethouders van Sint Oedenrode, er de oorzaak van is dat Mr. M.G.H. Kobussen, die in Uw naam heeft uitgesproken, mijn verzoek om voorlopige voorziening bij uitspraak Awb 97/4206 VV op 5 juni 1997 heeft afgewezen.

Ik richt aan U, als onafhankelijk president, het nadrukkelijke verzoek om aan deze zware georganiseerde misdaad onmiddellijk een einde te maken. Om die reden verzoek ik U op grond van bovengenoemd schrijven middels een spoedeisende procedure Uw uitspraak Awb 97/4206 VV vóór 1 augustus 1997 te herzien, de bestreden gedoogbeschikking alsnog te schorsen en Burgemeester en Wethouders middels oplegging van een dwangsom van f.5000,- per dag te verplichten dat bij F. v/d Biggelaar middels toepassing van bestuursdwang alle houtbewerkende machines vóór 7 augustus 1997 uit de voor "agrarische doeleinden B" bestemde schuur moeten zijn verwijderd.

Tevens verzoek ik U mij hierover in ieder geval te horen.

Ook verzoek ik U Burgemeester en Wethouders alsnog te veroordelen in de kosten overeenkomstig artikel 8.73, 8.74 en 8.75 Awb.


Hoogachtend,





Bijlagen:

  • Uitspraak Awb 97/4206VV van 5 juni 1997 van de President van de Arrondissementsrechtbank te 's-Hertogenbosch (4 pagina's).

  • Voorblad, blz. 23, 24, 25, 26 en 50 uit het geldende bestemmingsplan buitengebied (6 pagina's)

  • Artikel 59 uit de Wet op de Ruimtelijke Ordening (1 pagina).

  • Artikel "Kabinet stelt grens aan gedoogbeleid" uit Eindhovens Dagblad van 2 november 1996 (1 pagina).

  • Mijn brief van 22 mei 1997 aan Burgemeester en Wethouders van Sint Oedenrode (5 pagina's)

  • Mijn brief van 8 juni 1997 aan Burgemeester en Wethouders van Sint Oedenrode (2 pagina's)

  • Besluit van 11 juli 1997, nummer 97.1780, van Burgemeester en Wethouders van Sint Oedenrode (2 pagina's)

  • Het door F. v/d Biggelaar op 24 december 1996 ingediende meldingsformulier Besluit houtbewerkende bedrijven milieubeheer met daarop een gewaarmerkte stempel dat B en W die melding op 18 maart 1997 heeft geaccepteerd (2 pagina's).

  • Artikel 1 uit het Besluit houtbewerkende bedrijven milieubeheer (1 pagina).

  • Uittreksel van 18-07-1997 van de Kamer van Koophandel, waaruit blijkt dat F. v/d Biggelaar onder de handelsnaam "Timmer en Montagewerken v/d Biggelaar" onder dossiernummer 87487 als bedrijf staat ingeschreven (1 pagina).

  • Artikel "start inspraak bestemmingsplan buitengebied 1997" uit de Midden Brabant van 16 juli 1997 (1 pagina).

  • Voorblad en overzicht kaartindeling "woondoeleinden" uit het ter inzage liggende rapport (nieuw bestemmingsplan) van juli 1997, nummer XD.7081.642.2182 (2 pagina's).

  • Voorblad en blz. 58 uit het ter inzage liggende rapport (nieuw bestemmingsplan) van juli 1997, nummer X1.7081.642.2182 (2 pagina's).

  • Proces verbaal van aangifte van de Regiopolitie Brabant Noord van 11 mei 1997, mutatienummer nr. pl 2120/96-629723 (2 pagina's).