Vragen aan het College van Gedeputeerde Staten van Limburg over de Boschmolenplas

EKC Milieu . . . Kamerzetel 151 . . . Klokkenluiders <====> SDN . . . G. Meerten

Statenlid Gonnie Meerten van Provinciale Staten in Noord-Brabant stelt moeilijke vragen

    Limburg

    
    
    
    
    
    
    
    
    

    LIMBURG GRAAF 42 6101 CE Echt. Aan: College van Gedeputeerde Staten Postbus 5700 6202 MA Maastricht Datum 7-1-1998

    Artikel 21

Geacht College, Naar aanleiding van een krantenartikel van heden in Dagblad De Limburger alsmede in het Limburgs Dagblad betreffende de Boschmolenplas willen wij U de volgende vragen stellen:

    vraag 1.

Is uw College op de hoogte van de wel zéér spectaculaire plannen van N.V. Actua Terra - blijkbaar met instemming van het dagelijks bestuur van de gemeente Heel - tot de bouw van 400 te verhuren (in plaats van te verkopen) vakantiewoningen op de oevers van de bekende Boschmolenplas, annex een grootschalig horecabedrijf en een dito supermarkt, winkel (detailhandel duikersartikelen o.a.) en grote infrastructurele voorzieningen,zoals nieuwe toegang tot het recreatief gebied?

    vraag 2.

Wie gaat die woningen en voorzieningen bouwen?

    vraag 3.

Wie gaat ze exploiteren?

    vraag 4.

Is in verband met de door uw College t.z.t. te verlenen goedkeuring aan de wijziging van het bestemmingsplan (een de burgers bindende regeling) hierover tevoren (dus nu al) met U zowel door Burgemeester en Wethouders van Heel als door belanghebbende N.V. Aqua Terra vooroverleg gepleegd? Zo ja,wanneer en in welke mate (op ambtelijk of bestuurlijk niveau of beide?) Is dat mede op basis van de Overall-Deal d.d. 15-2-1993 geschied?

    vraag 4.

Is uw College niet met onze fractie bevreesd dat een dergelijke grootschalige bebouwing met infrastructurele voorzieningen inclusief rioleringen enz., in samenhang mee de grote toeloop van (water) recreanten - ten detrimente is van de Waterhuishouding in dit kwetsbare gebied?

    vraag 6.

Verdragen overigens natuur en landschap zich wel daarmede?

    vraag 7.

WAT HET BELANGRIJKSTE PUNT VAN DE WATERHUISHOUDING (drinkwatervoorziening) IN DIT GEBIED BETREFT rijst zeer de vraag hoe de hiervoor aangegeven grootschalige ontwikkeling rond de Boschmolenplas (Fase D) te rijmen is met het antwoord dat onze fractie van uw College ontving n.a.v. onzerzijds gestelde vragen inzake de drinkwatervoorziening (d.d. 25 juni 1096, V.W.M/WG. nr. 96/27342 V, waarin U tevens verwijst naar het Toetsingskader EWHP.

Daarin stelt U nadrukkelijk dat in het kader van fase C (als Spaarbekken Panheel) voor de toekomstige drinkwatervoorziening EBS-B (=Boschmolenplas) een belangrijke functie heeft in het kader van de bescherming van het water in Fase C... Fase B komt in het grondwaterbeschermingsgebied te liggen.

Het water uit Fase C wordt gewonnen middels een oevergrondwaterwinning, hetgeen betekent dat middels putten niet alleen water uit Fase C wordt aangetrokken, maar ook uit Fase B. Tevens wordt er tussen Fase R en C een noodkoppeling aangelegd om bij calamiteiten bij waterinname uit de Maaswater vanuit: Fase B in te laten in Fase C.

Gelet op het voorgaande - aldus dit antwoord van uw College: - vervult Fase B een belangrijke rol bij de bescherming van Spaarbekken Panheel Fase C. Vervolgens komt ook hier weer (in uw bericht dus) de hiervoor vermelde (privaatrechtelijke) Overall deal/Package deal aan de orde, wat ook te denken geeft.

    vraag 8.

Mogen wij van uw College vernemen of en in hoeverre deze nieuwe grootschalige ontwikkelingen rond de Boschmolenplas (Fase B) - gelet ook op, het hiervoor door U gegeven antwoord - WORDEN GEDRAGEN - door de leiding van de N.V. Waterleidingmij Limburg te Maastricht -(Directie en Raad van Commissarissen)?

    vraag 9.

Tenslotte heeft de Raad van State al een uitspraak gedaan? Zo ja, wat is de uitspraak?

    vraag 10.

Is het nu niet dubbel noodzakelijk dat er een uitvoerige MER-procedure moet plaatsvinden?

de heer en mevrouw Meerten


Met vriendelijke groeten,


M.M.A. Meerten-Schoenmakers
P. Kersten