Henry George en Edward Bellamy waren twee econmen die een basisinkomen voor iedereen bepleitten

Inputheffing en basisinkomen

Grondvest Henry George . . . . . SDN <=====> Bellamy . . . . . GB Institute

Tien geboden voor een rechtvaardig en ecologisch fiscaal systeem

Giro: NL57 INGB 0000 7084 52


Stichting Grondvest

Grondvestnummer 1e en 2e kwartaal 2000.
 

    Inputheffing en basisinkomen

In de vorige Grondvest werd opgenomen "Tien geboden voor een rechtvaardig en ecologisch fiscaal systeem". Er zijn vragen gerezen met name over het 6e gebod: "belast onttrokken waarde" en over het 8e gebod: genoeg opbrengst voor een basisinkomen voor iedereen".

Over de BOW: Hoe realiseer je bow en hoe bepaal je wat onttrokken waarde is?
Hoe en waar wordt die onttrokken? Ook buiten de territoriale grenzen?
En hoe kun je enigszins voorzien wat de opbrengst zal worden?
Zijn bedrijven die waarden van gezondheid en leefbaarheid aan het eigen land (rechtsgebied) onttrekken in het nadeel t.o.v. hen die waarden onttrekken buiten de landsgrenzen?

Onttrokken waarde (productieve natuurkracht) en toegevoegde waarde (menselijke arbeid) tellen we bij elkaar op en noemen dat Bruto Nationaal Product. Alle toegevoegde waarde opgeteld is het Netto Nationaal Product wat gelijk is aan het Nationaal Inkomen. De input van de bedrijvigheid, alle aangekochte grondstoffen, halffabrikaten, brandstoffen, goederen en diensten, die tijdens het lopende belastingjaar worden verbruikt, het z.g. intermediair verbruik vormt samen met het verlies aan ruimte, schone lucht, schoon water en schone bodem de Onttrokken Waarde.

Het intermediair verbruik dat onderdeel is van het Bruto Nationaal Product dat jaarlijks wordt vastgesteld is redelijk voorspelbaar. En de ingevoerde goederen van buiten de landsgrenzen zijn inbegrepen. Zo kan met redelijke zekerheid worden vastgesteld dat in het jaar 2001 het intermediair verbruik van de Nederlandse economie ongeveer 775 miljard gulden zal bedragen. De ontrokken natuurwaarden aan ruimte, water en lucht die de producenten niet behoefden in te kopen omdat er geen aanwijsbare eigenaar/verkoper te vinden is zijn moeilijk te schatten en nog moeilijker te voorspellen.


    Onrechtvaardige milieuheffingen

De vaste milieuheffingen bij de consument zonder aanwijsbaar of verwijtbaar milieuverbruik zijn niet rechtvaardig en zijn niet bevorderlijk voor een beter milieugebruik. De consument kan aan het eind van de pipeline weinig invloed uitoefenen op het onzinnige milieuverbruik aan het begin van het produktieproces. Daarom dienen milieuheffingen te geschieden bij de bron van het milieuverbruik, bij de aanvang van het productieproces. Alle milieuheffingen dienen over te gaan naar het begin van het productieproces. Dit is duidelijk voor de producent die aangeslagen dient te worden naar het daadwerkelijke milieuverbruik en het is rechtvaardig voor de consument. Deze milieuheffing komt natuurlijk terecht in de prijs van het eindproduct dat de consument koopt.


    Betere verdeling: meer welvaart

De consument die weinig te besteden heeft, betaalt dan ook weinig milieuheffing. Terwijl de consument die veel te besteden heeft ook veel milieuheffing betaalt. Bovendien zal de zuinige consument de dure producten waar veel milieukosten en inputheffingen zitten proberen te mijden. Dient heffing op het intermediair verbruik vooreerst het doelmatig belasting innen voor de overheid en dient milieuheffing leefbaarheid en gezondheid, samen dienen zij een rechtvaardige en duurzame economie in een samenleving waarin voor iedereen plaats is overeenkomstig de universele verklaring van de rechten van de mens. Ook voor de mensen van de toekomst.

Het is een rechtvaardigheidseis van de eerste orde dat het rijke Noorden ten aanzien het arme Zuiden een ree´le prijs betaalt voor het verbruik van de rijkdommen van de aarde. Is invoering van BOW op wereldschaal met daaraan gekoppeld een basisinkomen voor iedereen thans nog utopie, invoering in Nederland is al lang geen utopie meer maar bittere noodzaak om Nederland leefbaar te houden.


    Wie juichen een BOW toe en wie zullen bezwaar maken?

De arbeidsintensieve bedrijvigheid die veel werkgelegenheid biedt zal de komst van 'bow' van harte toejuichen. Echter de kapitaalintensieve bedrijvigheid die veel grondstof (energie) en natuur verbruiken en daar weinig of niets voor betalen zal haar machinerie op maximale kracht laten draaien en luidkeels verkondigen dat BOW een utopie is, niet realistisch is en geen draagvlak heeft in de samenleving, de concurrentiepositie van Nederland verzwakt en daarmee slecht voor de werkgelegenheid!! Waarom zwakke concurrentiepositie? Wat maakt het voor verschil in de prijs van het product of je belasting betaalt aan het eind van het proces of bij de aanvang van de activiteit? Slecht voor de werkgelegenheid? Ja voor slechts e´e´n categorie 'werkers' betekent het verlies van werkgelegenheid. nl. de bureaucraten, belastingambtenaren, belastingadviseurs, subsidiologen etc. Deze categorie zal naar andere maatschappelijk zinvolle en productievere arbeid moeten uitzien bv in de onderwijs- of zorgsector.


    Opbrengst BOW en de financiering van Basisinkomen en Overheidsbestuur

BOW is het gemakkelijkst te realiseren door rechten te innen of belasting te heffen op de input van de bedrijvigheid, het zogenaamde intermediair verbruik. Dit intermediair verbruik groeit met 5% per jaar. In 1990 bedroeg dit nog 479 miljard. In 2001 zal dit ongeveer 775 miljard bedragen. De prestatie van de Nederlandse economie zal als de huidige trend zich voortzet er ongeveer als volgt uitzien:

Produktie (basisprijzen)                                               1540 miljard
Intermediair verbruik (aankoopprijzen excl. aftrekbare BTW)             775 miljard
Toegevoegde waarde (basisprijzen) (1-2)                                 765 miljard
De 765 miljard is het bedrag dat we met zijn allen in 2001 in Nederland zullen gaan verdienen. Hiervan staan we bijna e´e´n derde deel af aan de overheid voor uitvoering van taken die haar zijn opgedragen. Met handhaving van het huidige sociaal-fiscale systeem zal de overheid in 2001 moeten uitgeven inclusief bruto salarissen personeel, uitkeringen bijstandswet, studiefinanciering en huursubsidie totaal ongeveer 250 miljard terwijl de belastingopbrengst bij de huidige ontwikkeling de belastingbehoefte ongeveer zal dekken. Het NATIONAAL INKOMEN (t.w. toegevoegde waarde, plus productgebonden belastingen, minus product gebonden subsidies en plus toegerekende BTW) zal in 2001 ongeveer 885 miljard bedragen.


    Na de omkering

Verwacht mag worden, dat bij omkering van het sociaal fiscale systeem in die zin dat geen belastingen en premies worden geheven van de output maar van de input van de bedrijvigheid het Nationaal Inkomen ongeveer gelijk zal blijven. Wordt echter ook het systeem van uitkeringen en subsidies vervangen door een volledig basisinkomen voor iedereen ('geen gedeeltelijk basisinkomen') dan zal veel onproductieve bureaucratische arbeid worden omgezet in productieve arbeid, de productie van goederen en………diensten. Veel hoog gekwalificeerde werkers uit de bureaucratie zullen na enige tijd van aanpassing emplooi vinden in de onderwijs- zorg- en dienstensector. En misschien wel in de politiek waar veel behoefte is aan kwaliteit! De besteedbaarheid van het Nationaal Inkomen zal flink stijgen, m.a.w. met hetzelfde N.I. kunnen meer goederen en diensten 'gekocht' worden.


    Wat kost een rechtvaardig basisinkomen voor jong en oud?
    en hoeveel BOW moet worden geind om BI mogelijk te maken?

De Nederlandse bevolking groeit jaarlijks met een 1/2 % (afgeleid van cijfers gevonden in Statistisch Jaarboek 1999) Zo zal het jaar 2000 eindigen met 15807 inwoners in Nederland. Een leeftijdsafhankelijk BI dat alle uitkeringen van kinderbijslag, studiefinanciering tot en met AOW gedeeltelijk of geheel afhankelijk van de politieke (niveau) keuze.

Een viertal mogelijkheden:


               Niveau I                                                  Niveau II
---------------------------------------------------------------------------------------
Leeftijds-  aantal   bedrag   totaal groep  Leeftijds-  aantal    bedrag   totaal groep
groep      x 1000  f per mnd    x f 1000.-     groep    x 1000  f per mnd   x f 1000.-
---------------------------------------------------------------------------------------

 0 - 4        979      150.-   =    146850     0 -  4      979       250   =    244750   
 5 - 9        995      300.-   =    298500     5 -  9      995       400   =    398000
10 - 14       936      500.-   =    468000    10 - 14      936       600   =    561600
15 - 19       935      750.-   =    701250    15 - 19      935       850   =    794750
20 - 24       995      900.-   =    895500    20 - 24      995      1000   =    995000
25 - 64      8837     1000.-   =   8837000    25 - 64     8837      1000   =   9720700
65 +         2130     1500.-   =   3195000    65 +        2130      1100   =   3408000
           ---------            ------------             -------           ------------
totaal      15807  x  per mnd  =  14542100    totaal     15807  x per mnd  =  16122800

         x 12  = per jaar f 174.505.200.000         x 12  = per jaar f 193.473.600.000


         
               Niveau III                                              Niveau IV
---------------------------------------------------------------------------------------
Leeftijds-  aantal   bedrag   totaal groep  Leeftijds-  aantal    bedrag   totaal groep
groep      x 1000  f per mnd    x f 1000.-     groep    x 1000  f per mnd   x f 1000.-
---------------------------------------------------------------------------------------

 0 - 4        979     350.-   =    342650      0 - 4      979        450   =    440550
 5 - 9        995     500.-   =    497500      5 - 9      995        600   =    597000
10 - 14       936     700.-   =    655200    10 - 14      936        800   =    748800
15 - 19       935     950.-   =   888.250    15 - 19      935       1050   =    981750
20 - 24       995    1100.-   =   1094500    20 - 24      995       1200   =   1194000
25 - 64      8837    1200,-   =  10604400    25 - 64     8837       1300   =  11488100
65  +        2130    1700.-   =   3621000    65  +       2130       1800   =   3834000
        -------            -------------            --------            --------------
totaal      15807  x  per mnd  = 17703500      totaal   15807  x  per mnd  =  19284200

      x 12   = per jaar f 212.442.000.000           x 12  = per jaar f 231.410.400.000

Een volledig algemeen basisinkomen (niveau IV) dat in 2001 alle sociale uitkeringen en subsidies kan vervangen bedraagt dus 231 miljard gulden . Het intermediair verbruik dat jaarlijks stijgt met 5 % zal in 2001 ruim 773 miljard gulden bedragen. Wordt van dit intermediair verbruik 40 % BOW geheven, dan levert dit de overheid aan middelen een bedrag op van ruim 309 miljard gulden

Betaalt zij hiervan aan basis inkomen 231 miljard gulden. Dan rest de overheid een bedrag van 78 miljard gulden voor haar bestuurlijke arbeid. Betaling rente en aflossing staatsschuld 30 miljard dient te geschieden uit opbrengst van de vermogensbelasting en uit andere niet belastinginkomsten van de overheid. De schuld van de staat is immers het bezit van de vermogende burger.

Vervolg van dit nummer