Eind 1996 konden mensen voor het eerst kennisnemen van een verdrag dat de "grondwet van een wereldomvattende economie" moet worden. Dat kwam niet omdat de betrokken regeringen stonden te popelen om de bevolking deelgenoot te maken van dit pronkstukje. De tekst van het verdrag werd niet vrijgegeven, maar vond de openbaarheid via internet. Toen een van de onderhandelaars het conferentiegebouw van de OECD in Parijs verliet, griste een Franse activist razendsnel de papieren uit zijn handen en ging er vandoor. De documenten bevatten het concept voor een verdrag waarover sinds 1995 in het diepste geheim wordt onderhandeld binnen de OECD.
door Merijn Schoenmaker De globalisering van de economie wordt in de moderne mythologie beschouwd als een natuurlijk fenomeen dat, evenals het uitdijen van het heelal, onmogelijk gestopt of beheerst kan worden. In werkelijkheid wordt de globalisering gevormd en bevorderd door zorgvuldig geplande wettelijke en institutionele veranderingen, die worden vastgelegd in een serie internationale verdragen. Overeenkomsten als de GATT, de NAFTA en de Interne Markt van de Europese Unie bevorderen de 'vrijhandel van geld en goederen, ontdoen overheden van hun regulerende bevoegdheden en verschuiven de macht naar onbereikbare instituties als de World Trade Organization (WTO), de opvolger van de GATT. Multinationale ondernemingen worden als gevolg van nieuwe technologieën, overnames, joint-ventures en recordwinsten in rap tempo steeds groter en machtiger. Met hun macht groeit ook hun hebzucht tot ongekende hoogte. Met toenemende arrogantie dicteert het bedrijfsleven internationale overeenkomsten die de weg vrijmaken voor een wereldomvattende economie. Terwijl de soevereiniteit van overheden wordt ondermijnd, kunnen banken en bedrijven steeds vrijer opereren. De geplande nieuwe grondwet zal de bestaande sociale en politieke mensenrechten ondermijnen en vervangen door de rechten van internationale investeerders. Eén van de meest invloedrijke partijen in dit proces is het World Economic Forum, een privé-club die de 1000 grootste multinationale ondernemingen van de wereld verenigt. Het World Economic Forum heeft - in eigen woorden - "een leidende rol gespeeld in het proces van economische globalisering". Zijn missie is "om op te treden als een bruggenbouwer op het hoogste niveau tussen het bedrijfsleven en regeringen" en om "de leiders uit het bedrijfsleven, regeringen, de academische wereld en de media te integreren tot a partnership" door het creëren van "a unique club atmosphere".
Het World Economic Forum heeft naar eigen zeggen "een hoofdrol gespeeld bij het lanceren van de Uruguay-onderhandelingen in het begin van de jaren '80". De Uruguay-ronde eindigde in 1994 met de ondertekening van het GATT-akkoord, waarmee de handel van goederen en diensten vergaand werd geliberaliseerd.
Achtergronden van de MAI Dit was zonder twijfel de belangrijkste stap voor het institutionaliseren van de globalisering sinds de oprichting van de GATT in 1948. Op 1 januari 1995 werd de World Trade Organization om de GATT-overeenkomsten uit te voeren. In datzelfde jaar begonnen binnen de WTO onderhandelingen over een nog verder gaand verdrag, de Multilateraal Investment Agreement (MIA). In het bijzonder de Europese Unie spande zich in voor een snelle afhandeling hiervan. In december 1996 werden de MAI-onderhandelingen echter gestopt tijdens de Ministeriële Conferentie in Singapore. 13 Zuidelijke landen, waaronder India, Maleisië en China, protesteerden krachtig tegen de MIA. Pas na zware druk door de Europese Unie, de Verenigde Staten en andere rijke landen bonden ze één voor één in. Maar de Indiase regering bleef zich verzetten en verklaarde de MIA nooit te zullen ondertekenen. De weigering van India blokkeerde de onderhandelingen, omdat beslissingen in de WTO alleen met consensus kunnen worden genomen. De MIA is sindsdien op een laag vuurtje gezet en wordt slechts besproken in een werkgroep binnen de WTO. Om verder verzet van de zuidelijke landen te omzeilen, begonnen de Verenigde Staten in het diepste geheim onderhandelingen over een vergelijkbaar verdrag onder een aantal rijke landen. Hiervoor werd een geschikt podium gevonden in de OECD, ruwweg de club van de 29 rijkste landen van de wereld. Deze nieuwe overeenkomst heet de Multilateraal Agreement on Investments (MAI) - what's in a name? De MAI en de MIA hebben exact hetzelfde doel, namelijk het opheffen van alle barrières voor investeringen. Na het vastlopen van de onderhandelingen over de MIA in de WTO is het MAI-verdrag voor de Europese Unie, de Verenigde Staten en Japan erg belangrijk geworden. Zij richten momenteel dan ook al hun inspanningen op de OECD-onderhandelingen.
Lobby en onderhandelingenFrans Engering, een topambtenaar van het Ministerie van Economische Zaken, voert namens Nederland de onderhandelingen over de MAI en is tevens de voorzitter van de OECD-commissie. Engering pleit voor een schoon verdrag zonder uitzonderingen. Volgens hem kan de afronding van de MAI onmogelijk nog vertraagd worden, omdat "we nu de laatste fase ingaan". Na ondertekening zullen landen voor minimaal 20 jaar vastzitten aan het verdrag, ook als de hele bevolking daartegen is. Landen die de MAI ondertekenen, zullen namelijk pas na 5 jaar mogen beslissen of ze eruit willen stappen en moeten nadien nog 15 jaar lang alle regels van de MAI uitvoeren. Terwijl de lobbyclubs van grote bedrijven al vanaf het begin nauw bij de onderhandelingen over de MAI betrokken zijn, wordt het grote publiek angstvallig buiten de deur gehouden. De International Chamber of Commerce, een invloedrijke lobbyclub van multinationale ondernemingen, schreef de eerste versie van het MAI-verdrag in 1996 en het huidige concept voor het verdrag is vrijwel onveranderd sinds dit document. De OECD waarbinnen de MAI wordt besproken is grofweg de club van de 29 rijkste landen van de wereld. Meer dan 95% van de 500 grootste multinationals hebben hun basis in OECD-landen. Zuidelijke landen hebben geen zeggenschap over de inhoud van het verdrag. Als de onderhandelingen zijn afgerond zullen zij worden uitgenodigd om hun handtekening eronder te zetten op een 'slikken' of 'stikken'-basis. Multinationale ondernemingen hebben de MAI al een "stempel van goedkeuring" genoemd voor internationale investeerders. Dat betekent dat Zuidelijke landen wel gedwongen zullen zijn om de MAI te ondertekenen, willen zij nog buitenlandse investeringen kunnen aantrekken. Tijdens het afgelopen decennium hebben het Internationaal Monetaire Fonds (IMF) en de Wereldbank Zuidelijke landen gedwongen om hun economie om te vormen tot een extreme exportgerichtheid. Als gevolg van de zich verdiepende 'schulden'crisis en de voortgaande beheersing van moderne technologie door het rijke Noorden, zijn Zuidelijke landen buitengewoon afhankelijk van buitenlandse investeringen en buitenlandse en buitenlandse valuta. Regeringen van de Zuidelijke landen zullen zich onmogelijk kunnen verweren tegen de druk die nu al op hen wordt uitgeoefend door een gezamenlijke coalitie van de Europese Unie, de Verenigde Staten, Japan en de grootste multinationale ondernemingen. Een aantal landen heeft dan ook al aangekondigd het verdrag in april 1998, tezamen met de OECD-landen, te willen ondertekenen.
De MAI geeft internationale investeerders verregaande rechten en zal desastreuze gevolgen hebben voor onder meer arbeidsvoorwaarden, sociale zekerheid, milieu- bescherming en democratische rechten over de gehele wereld.
Hoofdelementen van de MAI De MAI zou de eerste internationale overeenkomst worden die investeerders het exclusieve recht geeft om overheden aan te klagen voor een internationaal tribunaal van 'deskundigen'. Dit tribunaal zal bindende uitspraken kunnen doen en landen een boete opleggen voor elk beleid dat in strijd is met MAI-regels. Overheden zullen worden veroordeeld tot onmiddellijke schadevergoeding aan ondernemingen voor de geleden en toekomstige schade aan de bedrijfsinvesteringen. Veel landen hebben al om uitzonderingen op de MAI-regels gevraagd. Deze uitzonderingen zullen echter slechts tijdelijk zijn. Regeringen zullen een lijst moeten maken met alle gewenste uitzonderingen tezamen met een tijdschema om ze op te heffen. Dit heeft tot gevolg dat vele sociale en milieubeschermende maatregelen in alle landen in de loop van de tijd zullen worden ontmanteld.
Bedrijfsinvesteringen De definitie van investeringen in de MAI is veel ruimer dan wat de meeste mensen onder dat woord verstaan. Volgens het verdrag zijn investeringen
Geen voorwaarden De MAI zal overheden verbieden om "toegangsbeperkingen" of "gedragsvoorwaarden" op te leggen. Geen "toegangsbeperkingen" betekent dat de MAI beleidsmaatregelen verbiedt voor het reguleren van lokaal eigendom, het tegengaan van speculatie, of het verzekeren van een minimumperiode voor de investeringen. Privatisering zal volledig open zijn omdat alle productiemiddelen vrij toegankelijk moeten zijn voor internationale investeerders. De MAI verbiedt overheden om "gedragsvoorschriften" op te leggen aan investeerders, zoals voor het herinvesteren van een deel van de winst of het stimuleren van lokale werkgelegenheid. Al deze voorwaarden zullen onder de MAI worden verboden, ook als ze zowel aan lokale als internationale bedrijven zouden worden opgelegd.
Geen discriminatieOnder het mom van "geen discriminatie" zijn in de MAI principes zoals "Meest Bevoorrechte Land" en "Nationale behandeling" opgenomen. De MAI garandeert alle ondertekende landen de status van "meest bevoorrechte land". Deze bepaling verbiedt boycots, behalve als ze door de Verenigde Naties worden genomen. Boycots van lokale of nationale overheden zoals die tegen het voormalige apartheidsregime in Zuid-Afrika, of tegen huidige militaire dictaturen zoals in Birma en Nigeria zullen onder de MAI verboden worden. De MAI garandeert internationale investeerders "nationale behandeling". De MAI zal elk overheidsbeleid verbieden dat voordelig is voor kleine en middelgrote bedrijven. Bovendien geeft het verdrag internationale investeerders toegang tot alle bestaande subsidieregelingen in alle sectoren (zoals cultuur, sociale zekerheid, onderwijs en gezondheidszorg), onafhankelijk of ze voor commerciële of niet-commerciële activiteiten bedoeld zijn. Dit zal sociale zekerheid op al deze gebieden ondermijnen. Onder de MAI zullen speciale subsidies en lage-renteleningen voor kleine bedrijfjes illegaal worden. Dit zal het einde betekenen voor vele lokale bedrijven en voor de zelfvoorzienendheid van lokale markten. Een overheid die een algemeen toegankelijke gezondheidszorg opzet zal tegen de regels van de MAI zijn. Ook het subsidiëren van lokale boeren om voedselzekerheid veilig te stellen of om een omschakeling naar duurzame landbouw te stimuleren zal onder de MAI verboden worden. Het ongedaan maken van privatisering in willekeurig welke sector zal praktisch onmogelijk worden.
Onteigening De MAI zal alle beleid verbieden dat wordt beschouwd als "onteigening". Voortbordurend op de bovenomschreven definitie van investeringen, wordt "onteigening" gedefinieerd als elk nieuw dat schade toebrengt aan "alle grijpbare en ongrijpbare" bezittingen van een investeerder. Deze regel zal beleid ter bescherming van het milieu, de volksgezondheid, arbeidsvoorwaarden of natuurlijke hulpbronnen praktisch stilleggen. Dit zal desastreuze gevolgen hebben voor Zuidelijke landen en landen in Oost-Europa waar bijvoorbeeld milieuwetgeving nauwelijks aanwezig is. Nieuwe beleidsmaatregelen die strijdig zijn met de belangen van multinationale ondernemingen, zullen voor overheden ongelooflijk riskant worden, riskeren overheden dure processen en torenhoge schadeclaims. Als het MAI-tribunaal hun beleid illegaal verklaart, moeten de overheden volledige en onmiddellijke financiële compensatie aan het bedrijf betalen voor de geleden schade. Een voorproefje van wat dat inhoudt kunnen we al zien bij het NAFTA-akkoord, waar een dergelijk tribunaal al bestaat en vergelijkbare (hoewel minder vergaande) regels gelden ten aanzien van "onteigening" als bij de MAI. Canada heeft recentelijk het gebruik van het brandstofadditief MMT verboden, een stof die, om redenen van volksgezondheid, in veel landen al langer verboden is. Het Amerikaanse bedrijf Ethyl Corporation, dat als enige bedrijf in Canada deze stof produceert heeft de Canadese overheid aangeklaagd voor het NAFTA-tribunaal. Ethyl stelt dat de maatregel om MMT te verbieden "gelijk staat aan onteigening" en daarom in strijd met het NAFTA-akkoord. Ethyl eist van de Canadese overheid een schadevergoeding van 251 miljoen dollar. Dit bedrag is inclusief publiciteitskosten voor het opkrikken van het bedrijfsimago, dat kan worden beschouwd als deel van hun "ongrijpbare" bezittingen.
|
Stichting Sociale Databank Nederland
E-mailadres: w.sweers2@chello.nl
Internet site:
http://www.sdnl.nl/gv-mai-1.htm
Westkade 227, 1273 RJ Huizen (NH)
Tel.: 06-17125374