ADVOKATER EN ADVOCANTIn de afgelopen weken hebben de media uitgebreid aandacht besteed aan de aangifte van de advocaten Spong en Hammerstein tegen politici en journalisten, die wijlen de heer Fortuyn "gedemoniseerd hebben, aangezet hebben tot haat, etc". Ook was er journalistieke aandacht voor het beroep ex. art. 12 Wetboek van Strafvordering (WvS) tegen het sepot van de aangifte. Bij al die aandacht past het navolgende commentaar.
In zijn boek "Leugens om Bestwil" stelt de strafrechtspecialist Mr. Spong m.b.t de strafbare feiten (o.a. valsheid in geschrifte, oplichting) die een tiental Nederlandse Europarlementariërs t.o.v. Tv-kijkend Nederland in het Europees Parlement in 1996 pleegden dat: In 1998 vroegen wij de vermaarde strafrechtspecialist Spong om in het openbaar de daad bij zijn woorden uit zijn boek te voegen en zich te scharen achter onze aangifte tegen de in zijn boek door hem als "Eurofraudeurs en Euro-oplichters"betitelde europarlementariërs. (Wij deden aangifte omdat geen enkele advocaat, geen enkele jurist of andere hoeder van ons Recht dat deed). Het convenieerde Mr. Spong echter niet om onze aangifte van zijn steun te voorzien om redenen die wij niet deelden noch delen. Wel gaf hij ons een aantal schriftelijke adviezen. Toen onze aangifte - zoals zovele aangiftes tegen hooggeplaatste personen - werd geseponeerd vroegen wij de heer Spong wederom om ons in ons beroep ex art. 12 Wetboek van Strafvordering (WvS) bij te staan en om zijn naam en gezag aan ons beroep te koppelen. Mr. Spong wilde echter niet. Wel gaf hij ons een aantal schriftelijke adviezen. Ons beroep werd om redenen, die terug te voeren zijn op een verouderd en onduidelijk, eeuwenoud wetboek door het Haagse Gerechthof niet ontvankelijk verklaard. Voor dat feit en onze aangifte wisten wij belangstelling te krijgen van het TV-programma NOVA. Nu bleek mr. Spong wel bereid om in het openbaar kond te doen van zijn / onze standpunten. Dat was echter verontrustend genoeg op een moment dat de juridische mogelijkheid om de Europarlementariërs voor de onafhankelijke rechter te krijgen al voorbij was. Voor eenieder met verstand van en gevoel voor strafrecht is het duidelijk dat de strafbare feiten waarop de advocaat Spong zich nu in zijn aangifte tegen politici en journalisten en zijn beroep ex. art. 12 beroept, strafrechtelijk niet veel om het lijf hebben; die strafbare feiten lijken gezocht en zijn minder duidelijk en concreet dan die waaraan voornoemde Europarlementariërs en om een recent voorbeeld te noemen, de heer Peper, zich te buiten gingen. Op grond van bovenstaande blijkt het optreden van de strafpleiter Mr. Spong omgekeerd evenredig met de ernst van voornoemde strafbare feiten. De verklaring voor dat verontrustende feit ligt bij mr.Spong. Voor alle duidelijkheid: aan hem is de verklaring waarom wel een aangifte en wel een beroep ex art. 12 WvS in de zaak Fortuyn en niet tegen de Europarlementariërs en de heer Peper. Wij hebben er weldegelijk een verklaring voor. We beperken ons echter tot de stelling dat er op grond van onze ervaring van 10 jaar met advocaten er te vele advocaten zijn die mensen demoniseren en die aanzetten tot haat. Dat is een menselijk gegeven waarvoor het strafrecht niet de oplossing is. Tot slot wijzen wij er zekerheidshalve op dat m.b.t. tot de stand van de advocatuur ( en daarmee van het Recht) en de noodzaak tot een brede maatschappelijke discussie over die advocatuur slechts de feiten gelden. Het moge duidelijk zijn dat niet alleen advocaten informatie kunnen verschaffen over feiten die de advocatuur betreffen. Of die feiten het strafrecht, het tuchtrecht of het civiele recht gelden, ook wij leveren ze graag aan wie ze echt wil horen. Harry Teernstra (Freelance journalist met een speciale belangstelling voor het Rechtsbedrijf en lid van Advocadur, een landelijke, ideële stichting die de rechtspositie van slachtoffers van juridisch letsel probeert te verbeteren en van Jurilet, een uitgeverij, die verhalen over juridisch letsel uitbrengt) P.s.
Mail: Advocadur@hetnet.nl
Het boek heeft een ontluisterend beeld van wat ons rechtsbedrijf om het lijf heeft als de leugens verstommen, het imago verbleekt, de toga uitgaat; de façade wegvalt en recht en waarheid zichtbaar worden 'Voor wie recht zoekt is dit boek zonder meer aan te raden. Het is verplichte literatuur voor rechters, advocaten, rechtswetenschappers, politici, journalisten en andere personen die zich beroepshalve met ons aller Recht bezig houden. Uitgeverij Jurilet ISBN 90 805373 22 |